Sept. 1914.J De Opleiding en Oefening van het Veld-Escadron.
lste Veld-Escadron en kwamen er 38 nieuwe menschen bij aan,
61 paarden gingen heen en 45 paarden kwamen daarvoor in de
plaats. Het le Escadron telt drie pelotons (het 4de is te Tjimahi),
dus over die drie pelotons is in nog geen half jaar een gaan en
komen te constateeren van 76 menschen en van ongeveer 100
paarden, of per peloton 25 menschen en 33 paarden; dat de pelotons
Ct. dus nu erg op de hoogte is van mensch en paard neem ik
maar zoo grif niet aan.
Als nu gedurende de maanden November t|m Februari mensch
en paard, voor zoover het noodig was, weder in de houding ge
bracht zijn, en, waar dit vergeten mocht zijn, bij iedereen de
theoretische verplichtingen weder zijn bijgebracht, kan met 1 Maart
het Escadron overgaan in het 2de tijdperk.
Punt 31 Grondslag is in deze niet geheel duidelijk. Het met
1 November aanvangend oefeningsjaar wordt verdeeld in drie
tijdperken van 4 maanden, waarvan het 3de tijdperk— nl. van 1 Juni
tot 1 Novemberin het bijzonder zal worden bestemd voor brigade
oefeningen en groote manoeuvres. Zoo staat het letterlijk in den
Grondslag. Volgens Bartjes begint het 3de tijdperk niet 1 Juni,
maar 1 Juli en in verband met het feit, dat telken jare in Juni de
brigade oefeningen plaats vinden, is het hier eenigszins moeilijk
om aan een drukfout te denken.
Gedurende de maanden Maart en April wordt uitsluitend geoefend
in pelotonsverband, er valt hier weer heel wat te praten. De Esca-
drons Ct. zal zich om zoo te zeggen bijna uitsluitend hebben bezig
te houden met den jongsten Luitenant, geef hem dus niet al te
veel piepjonge officieren en willen de oefeningen in deze maanden
vrucht dragen, dan moet ook weer in deze maanden rustig door
gewerkt kunnen worden aan hetgeen waarmee men bezig is;
punt 32 Grondslag stelt echter in het 2de tijdperk reeds- brigade
oefeningen in uitzicht, houd rekening met den graad van geoefend
heid der paarden, doch laat de menschen voor wat ze zijn.
In de maanden Maart en April is een belangrijke factor de sterkte
der pelotons; de pelotons Ct. dient een zóó sterk peloton tot zijn
beschikking te hebben, dat hij ook werkelijk pelotonsoefeningen
kan doen.
Als men pelotonsschool, voorhoedepeloton of gevecht te voet
moet 'gaan beoefenen met 11 of 12 man, heeft de -oefening al heel
816