nog zwaarder als ze ingericht zijn voor het tempeeren van eenige projectielen tegelijk. Bij de door ons hier beschreven tempeer- machine worden de stelringen niet als bij den sleutel en de kap vastgeklemd, doch worden door den zwengel in een aan elkander tegengestelde richting gedraaid, zoodanig, dat bij eenmaal om draaien van den zwengel, beide ringen ook 36Co draaien en bij eene gedeeltelijke draaiing ook juist zooveel draaien, d. i verstelt men den zwengel 20° dan is de hoek door het verdraaien van de stelringen gevormd 2 X 20° 40°. Fig. VII, VIII, IX en X. Een stevige bronzen kast omvat en beschermt de verschillende onderdeelen der tempeermachine. De rustdop (IX, 2) voor den kop der buis van het projectiel is aan den bodem vastgeschroefd. Het deksel van de kast (IX, 3) is naar binnen cylindervormig om gebogen ter geleiding van het projectiel. Om den rustdop ligt de onderste, om den cylinder van het deksel de bovenste stelring (IX, 4 en 5). Beide ringen hebben getande randen, welke grijpen in rondsels (IX, 6 en 7) en staan hierdoor in verbinding met den zwengel (VIII, 8). De naaf er van is vast op de as van het bin nenste rondsel geschoven en wordt verder omvat door de holle as van het buitenste rondsel. Met dit rondsel is wederom een ge tande rand (VII en X, 9) verbonden, waarop de hoofdstelschroef (VII, 10) werkt. Om het huis van die schroef zit weer een tandrad (IX, 11), waarop de stelschroef (VII, 12) voor de correctie werkt. Om de machine op de gewilde deelstreep te stellen, wordt de hoofdstelschroef (10) gedraaid. Hierbij verschuift een aan den getanden rand (9) verbonden schijf,—waarop de deelstrepen voor afstand of brandtijd ten opzichte van een merkstreep op de kast (VIII, 13) en verschuiven tevens de pallen (VIII, 14) van den boven sten stelring (5). Om daarna correctie te geven wordt de stel schroef voor de correctie gedraaid, waardoor het tandrad (11) met de hoofdstelschroef (12) en hiermede de bovenste stelring een weinig verschoven wordt. De deelstrepen voor de correctie zijn op het bovenvlak van de kast gegraveerd. Bij de verschuiving voor de correctie blijft hierdoor de stand der deelstrepen voor den afstand ten opzichte van de merkstreep onveranderd. Maar wel verplaatsen zich de pallen 14 van den bovensten stelring en dit ten opzichte van de pal (X, 15) van den ondersten stelring. 941 TOESTEL VOOR ONZE VELD- EN BERGARTILLERIE. [Oct. 1914.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 43