Uit de Practijk. [Oct. 1914.
Ten slotte lijkt het niet overbodig op te merken, dat de 2e oefening
er een is, die m. i. moeilijk met een voorbeeld uit de practijk is
overeen te brengen.
Dat er bedoeld is, om na te gaan of men met vertrouwen een S. S.
kan aanwijzen om enkele schoten af te geven op „een verkennend
officier", wil er bij mij moeilijk in, want dan zou men allicht
omgekeerd de proef gesteld hebben en niet een open en bloot
staand schutter hebben doen vuren op een knielend schutter. Even
zoo is het voor de deelnemers niet aangenaam te noemen, dat bij
een onderscheidingswedstrijd een premie wordt gesteld op grootere
hoogte afwijkingen, terwijl het onderricht er voortdurend op gericht
is geweest om de hoogte afwijkingen te verminderen en wat grootere
breedte afwijkingen toe te staan, (d naschrift).
Het 2e gedeelte der proef kan niet anders dan practisch worden
genoemd, doch ter wille van de controleering van het opleidings
systeem, had enkel de pop genomen moeten worden als doel en
althans geen premie gesteld op hoogte afwijkingen.
Tjimahi, 8 8 '14. D. Roelofsma.
Kap. Inf.
Daschriit Dan de redactie.
Zonder het artikel van schrijver op den voet te volgen, willen
wij toch enkele kantteekeningen niet achterwege laten.
a. Zoowel in deze eerste alinea als later toont schr. zich een
warm voorstander om uit de schietboekjes de S. S. eischen op
te bouwen. Het lijkt ons echter duidelijk, dat de uitkomsten
in die boekjes nooit een beeld van de S. S. bekwaamheden kunnen
geven. Een S. S. moet niet alleen tot de beste schutters van een
compagnie behooren, maar bovendien kunnen voldoen aan
eenige speciale eischen. Het is niet de bedoeling om vele
schutters met het predicaat „S. S." per compagnie te hebben,
maar wel degelijk om te kunnen beschikken over menschen,
die men individueel een bepaalde schietopdracht kan opgeven
met de verwachting, dat zij daaraan zullen voldoen.
961