Knoeierijen bij de Werving. [Nov. 1914. Bij het depotbataljon, waar men de menschen beter leert kennen, kan men zeer veel doen tot bestrijding van de wervingsknoeierijen, door steeds elke onregelmatigheid naar het garnizoen van aanneming te rapporteeren (eveneens op de minst tijdroovende manier: dus b. v. het origineele rapport of relaas, geschreven door den klasse commandant, voorzien van een visum van den compagniescomman dant), met verzoek om een onderzoek in te stellen. Oogenschijnlijk lijkt het vorenstaande heel veel moeite. Inderdaad is die moeite nihil. De officier, belast met de werving, wordt niet iedere maand overgeplaatst en bij de subsistentencompagnie komen die gevalletjes dagelijks voor. Zoodat het letten op en he^ afvragen van de verschillende punten in eenige dagen een „relletje wordt, waarbij niets meer wordt vergeten. Echter niet overhaasten en niet nijdig worden bij verkeerde antwoorden. Geduld, véél geduld. Wij staan tegenover domme, slaafsche desa-menschen, die nog geen enkele reden hebben, ons hun vertrouwen te schenken; uit wier mond alles moet getrokken worden. Absoluut deze kwade praktijken uitroeien zal niet wel mogelijk zijn Vooral niet, zoolang de kennis van de Javaansche taal in het leger nog zóó gering is, dat wij op al onze vragen niet veel meer dan „inggeh" ten antwoord krijgen. Maar in ieder geval zullen zij door scherpe controle in boven- staanden geest aanzienlijk verminderen. Malang, October 1914. H. J. Vermeer. Kap. Inf. 1043

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 57