Korte Mededeelingen. [Nov. 1914. te verdedigen. In vredestijd hebben zij ook de taak de inwendige rust en veiligheid te handhaven. In geval van mobilisatie en gedurende den oorlog is de Landwehr, of zijn de deelen er van die onder de wapens zijn geroepen, onder de bevelen gesteld van chefs, die door den Keizer worden aange wezen. De Ersatzreserve dient om het gemeenschappelijke leger en de Landwehr op oorlogssterkte te houden De Landstorm is bestemd om het gemeenschappelijke leger en de Landwehr te steunen. De organisatie van den Landstorm is geregeld bij de wetten van 1884, welke wetten door die van 1912 niet werden opgeheven. De landstorm heeft 2 lichtingen nl. de le ban, gevormd door de mannen van 19 tot 37 jaren, die noch tot het actieve leger, noch tot de reserve, noch tot de Ersatzreserve behooren. de 2e ban, gevormd door de mannen van 37 tot 42 jaren. De militaire wet bepaalt bovendien dat mannen van 19 tot 42 jaren, die ongeschikt zijn voor den dienst in het actieve leger, in geval van mobilisatie en gedurende den oorlog, al naar gelang van hunne geschiktheid, kunnen worden aangewezen voor de hulpdiensten. De wet op de Landwehr (1912) laat de zorg voor de regeling van de organisatie van de Landwehr aan den Keizer over. De wet op de Honved (Hongaarsche Landwehr) bepaalt tot in bijzonderheden de Honved-organisatie; de Transleithaansche landen zijn met het oog op recruteering en mobilisatie van de Honved in 6 Landwehrdistricten verdeeld, n. 1. Budapest, Szeged, Kassa, Poszony, Kolozsvar en Zagrab (dit laatste voor Croatië en Slavonië). De eerste vijf districten vormen 7 divisies, de laatste 1 divisie, zoodat er 8 divisies Honved zijn. De Honved telt in vredestijd 32 Regimenten Infanterie elk van 3 Bataljons, met uitzondering van 1 Regiment, dat 4 Bataljons heeft, 10 Regimenten Cavalerie elk van 6 Eskadrons, 78 Batterijen Artillerie, waarvan 6 rijdende, vereenigd in 8 Brigades. De bevolking van Bosnië en Herzegowina, die vroeger wat de dienstplicht aangaat eene eigen regeling had, is thans (ingevolge de wet van 1912) onder dezelfde voorwaarden als alle andere burgers van den staat aan den persoonlijken dienstplicht onderworpen, welke evenwel altijd in het gemeenschappelijke leger wordt vervuld. De jongelingen van Bosnië-Herzegowina zijn den lsten Januari van het Gregoriaansch kalenderjaar, waarin zij hun 19de levensjaar volbrengen, dienstplichtig, welke dienstplicht eindigt op den 31sten December van het jaar, waarin zij hun 42ste jaar volbrengen. De duur van den dienst in het actieve leger of in de Ersatzre serve en in de reserve is in de algemeene militaire wet, die ook voor het geannexeerde gebied geldt, bepaald. 1047

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 61