Nov. 1914 Overzicht van eenige Buitenlandsche Tijdschriften. In de Revue mil. suisse van Mei treft men een art. aan over het uitvaardigen van bevelen in de divisie. De schr. betoogt de wen- schelijkheid om schriftelijke bevelen te splitsen in een eigenlijk tactisch gedeelte en in een gedeelte, dat de verschillende maatregelen voor de treinen bevat. De beide deelen kunnen dan door de ver schillende off. v. d. Div. Staf tegelijkertijd worden opgemaakt, dus verdeeling van arbeid bij den Div. Staf, vlugger ontvangen der bevelen door de autoriteiten voor wie ze bestemd zijn, terwijl het lezen en verwerken heel wat gemakkelijker wordt. Verder bepleit de schr. het - waar gewenscht - opmaken en toe zenden van aparte bevelen aan de verschillende cn, in de plaats van het opmaken van één algemeen bevel, waarin natuurlijk voor eiken cdt. tal van zaken voorkomen, waarmede hij weinig of niets te maken heeft, terwijl het opmaken veel tijd kost met als gevolg laat ontvangen van het bevel door de personen voor wie ze be stemd zijn. Vooral voor veraf gelegerde cn, die naar aanleiding van het bevel speciale maatregelen moeten treffen, is een dergelijke tijdsbesparing, met als gevolg rustverlenging, van beteekenis. O. i. verdient het intusschen aanbeveling later een algemeen bevel te doen volgen. Op blz. 375 vindt men een artikeltje over de opleiding van ge leiders van draagdieren in Zwitserland. De schr. doet uitkomen hoe discipline bij deze eenvoudige functie van het allergrootste gewicht is, omdat de geleiders (en dit geldt evenzoo van de geleiders van voertuigen) doordrongen moeten zijn v. d. plicht om de grootste zorgvuldigheid in acht te nemen bij het opladen, geleiden, voeden en verzorgen, wil men zich niet de grootste misère met ongevallen, verwondingen en ziekten der dieren op den hals halen. Deze discipline moet hen tegelijk met elementaire geoefendheid in de kazerne worden bijgebracht en daarna is een 14 dagen oefenen in het terrein voldoende om de opleiding te voltooien. Tot dusver de schr. Als geleiders bij de treinen zullen wij be nutten treinreservisten, die voldoen kunnen a/d eischen door den zw. schrijver gesteld, maar in werkelijkheid zijn zij voorloopig „dwangarbeiders". Afgescheiden van moreele overwegingen, van het feit, dat deze heertjes eerder geleid moesten worden, dan zelf leiden en daar de kans groot is, dat zij, als de gelegenheid schoon is, de draagdieren of karren zullen laten staan en zelf in 't zijterrein zullen verdwijnen, wil het ons voorkomen, dat zoowel hun discipline als geoefendheid met nul te taxeeren zijn en dat dus de ellende met onze treinen niet te overzien zal zijn. 1072

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 86