De geneeskundige dienst te Velde. [Dec. 1914.
detachementsarts goed en heeft vertrouwen in diens improvisatie
vermogen. Een arts, die dit in groote mate bezit, is in oorlogstijd
zijn gewicht aan goud waard. De kunst om te improviseeren
bestaat daarin, dat men van alle mogelijke eenvoudige middelen
uit zijne omgeving partij weet te trekken, om het oorspronkelijke
ambulance materieel te kunnen vervangen, wanneer dit mocht
ontbreken of op zijn geraakt. Al deze dingen lijken zeer eenvou
dig M. H! Het gaat er mee als met het ei van Columbus! Wie
denkt er aan? Zoo heb ik hier een voorwerp, dat u wel bekend
zal zijn. Het is een eindje irrigatorslang. Zoo'n voorwerp heeft
iedere ziekenverpleger te velde bij zich en wordt gebruikt om bij
zware bloeding een arm of been af te binden. Wat is daar nu aan,
zegt daar iemand bij zich zelf. Juist M. H„ als men het maar
eenmaal weet, is het zeer eenvoudig. De „gewaltige Kriegschirurg".
Pirogoff dacht er echter in den Krim-oorlog nog niet aan bij
eene amputatie het lidmaat af te binden. Hij gebruikte een sterk
en matroos, om gedurende de operatie de slagaderen dicht te
drukken.
Te Radjatnendala aangekomen, verneemt de brigadearts van den
detachementsarts, dat deze van af de hoogten aan de andere zijde
van de rivier heeft gezien, dat het station zeer weinig gezichtsdekking
heeft, daarom heeft hij in overleg met den detachementscomdt. de
volgende maatregelen getroffen. Met het oog op een mogelijk onder
vuur nemen van het station, heeft hij de zieken, waarvan de am
bulante reeds met den terugkeerenden trein zijn vertrokken, in de
kampong laten verzamelen en zorg gedragen, dat de gewonden
voorloopig kunnen worden behandeld en verpleegd.
Voor de marschvaardige gewonden is echter eene afzonderlijke
verzamelplaats in de kampong aangewezen, want het is reeds
herhaaldelijk gebleken, dat licht gewonden op de verbandplaatsen
wanorde stichten. Ze wenschen gewoonlijk het eerst geholpen te
worden, gaan de beste plaatsen innemen, pakken de lafenissen
weg, enz. Verder had de detachementsarts verscheidene grobaks
met sappies gerequireerd, voor eventueel vervoer van gewonden.
Hoopen stroo waren aanwezig.
Uit een deel van het stroo had hij touw laten vlechten, om zoo-
noodig als draagzeelen door de gewondendragers te kunnen ge
bruikt worden. Dan had hij tal van lichte bamboes, rottan en
1097
I. M. T. 1914 73.