Oriënteering met behulp van hemellichamen. [Dec. 1914. derhalve staat zij na 9 uur (9}4 uur) dien avond steeds in het WESTEN. De oplossing van meerdere vraagstukken wordt den lezer over gelaten. In het bosch gelden dezelfde beginselen. Men heeft daar echter het feit, dat men afhankelijk is van de open plekken in het gebladerte, welke plekken bij zeer dicht bosch, in de meeste gevallen zich vlak boven ons hoofd bevinden. Heeft een ster de vriendelijkheid haar baan door zoo 'n open plek te vervolgen, dan moet men van die open plek trachten te onthouden: 1. Het punt waar de ster te voorschijn komt, 2. Het punt waar zij verdwijnt. Bevindt de open plek zich boven ons hoofd, dan is de richting van de lijn, die de beide punten verbindt, OOST—WESTbevindt de opening zich tusschen horizon en zenith, dan is de lijn klimmend, (OOST) of dalend (WEST). Wanneer niet daadwerkelijk een kruis gebruikt wordt, zou men, om een streek nader te bepalen, zich een kruis moeten voorstellen in het beginpunt (punt waar de ster te voorschijn komt), welke voorstelling lastig, doch niet onmogelijk is. J. M. van Gils. Kap. Top. dienst. 1123

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1914 | | pagina 43