[Dec. 1914.
Uit de practijk.
3. Herhaaldelijk wordt bij oefeningen gelast dan wel in over
weging gegeven—om den troep extra-ontbijt mede te geven.
Dit is zeer bezwarend voor de menagefondsen, die, bij het stelsel
der gemengde menages, als regel al niet gunstig staan.
Wanneer de troep in den nacht uitrukt vooral als dit in den
voornacht gebeurt—en vóór den afmarsch het ontbijt nuttigt, valt
er veel voor te zeggen den man inden ochtend een extra-ontbijt te
verstrekken, wijl het, van afmarsch tot uur van soepeten, een te
lange rek voor hem is.
Dergelijke nachtelijke oefeningen zijn den laatsten tijd nog al
voorgekomen met het gevolg, dat de menagefondsen een bedenkelijk
nadeelig saldo hebben gekregen.
Zou het niet daarheen geleid kunnen worden datwanneer extra-
ontbijt noodig wordt geacht—voor elk deelnemer aan de oefening,
van landswege een klein bedrag- stel b. v. 6 cent- kan te goed gelegd
worden
Dit geld zou b.v. op, door den Compagniescommandant geteeken-
de—c. q. door den Korps-Commandant geviseerde—bons rechtstreeks
van den Kwartiermeester kunnen ontvangen worden en in het me
nagefonds gestort.
de M. W. O. geteekend op het lint; hieruit zou volgen, dat het de bedoeling
is, dat de M. W. O. aldus gedragen wordt, dus in tegenspraak met het per
tinente voorschrift in de wet, en niettegenstaande in dezelfde A. O. staat,
dat de bepalingen niet van toepassing zijn op orden enz., welke volgens
de betrekkelijke statuten op andere wijze worden gedragen. De nieuwe
draagwijze is o. i. leelijk en niet logisch, men hangt iets aan en niet op
een lint. Wanneer het eereteeken op de oude draagwijze bij diensten te
paard e. d. te veel te lijden had, waarom dan niet voorgeschreven, dat in
de grijsgroene tenue op de Engelsche manier alleen een smal strookje
lint gedragen wordt? Men bereikt daarmede tevens, dat de orden meer
gedragen worden dan thans, nu zijmet uitzondering van de M. W. O.
in hoofdzaak slechts bij officiëele gelegenheden en recepties uit de doos
komen.
Het dragen van het lint alleen is weliswaar niet volgens de letter van
art. 36 van het Reglement van administratie en discipline voor de M. W. O.
(niet te verwarren met de Wet), maar toch doet elk ridder, die in Europa
in politiek loopt, het reeds thans.
Nu we toch over de draagwijze schrijven nog het volgende: Hoe kan
1128