Het Torpedowapen.
[Jan. 1915.
de manoeuvres tot geringe koersveranderingen of wel tot wijzigingen
in de vaart beperkt moeten blijven. Een dergelijk gebruik zoude
bijv. in de vaarwaters naar Soerabaja kunnen voorkomen. Doch
bijzonder sterk treedt de belemmering op den voorgrond, wanneer
tegenover de vijandelijke vloot niet alleen torpedomaterieel, doch
bovendien eveneens eene vloot, hetzij dan een zwakkere dan die
der tegenpartij, kan worden gesteld. Verspreiding der schepen is
dan onmogelijk. Doch bovendien zoude dan een aanval van torpedo
booten op grooten afstand den vijand dwingen óf de kans op tor
pedotreffers te aanvaarden óf wel eene manoeuvre uit te voeren,
welke overigens in den slag niet gewenscht en dus onvoordeelig
is en de schepen in eene artilleristisch ongunstige positie brengen
kan. De uitslag van den strijd kan hiervan afhankelijk zijn.
De tweede wijze, waarop de torpedo als dagwapen kan worden
gebruikt, is aan boord van onderzeebooten. De technische vooruitgang
dezer vaartuigen is in de laatste jaren zoodanig geweest, dat zij
met vertrouwen op tamelijk grooten afstand van hun operatiebasis
kunnen worden gebruikt.
Toch treedt bij het gebruik van onderzeebooten nog een groot
bezwaar op den voorgrond, nl. hun geringe onderwatersnelheid,
welke in den regel op niet hooger dan 8, in sommige gevallen op
10 mijl mag worden gesteld. Wel komt men soms opgaven tegen,
waarbij een grooter onderwatersnelheid wordt vermeld, doch hieraan
mag geen waarde worden toegekend, zoo lang niet tevens de wer
kingssfeer bij deze vaart wordt vermeld. Veel meer dan bij boven
waterschepen is bij onderwatervaartuigen eene zekere verhouding
tusschen werkingssfeer en snelheid noodig, zal de laatste niet geheel
nutteloos worden. Deze verhouding nu wordt bij de genoemde,
betrekkelijk groote, snelheden veelal niet bereikt.
Het laat zich niet aanzien, dat aan het bezwaar der geringe
onderwatersnelheid binnen afzienbaren tijd in eenigszins belangrijke
»- mate zal worden tegemoetgekomen.
Om nu dit bezwaar onder cijfers te brengen, moge de navolgende
beschouwing dienen:
Ontdekt een in O. zijnde onderzeeboot een schip in S en begint
zij daarop hare onderwatervaart, dan zal zij in S' het schip kunnen
103
