Jan. 1915.] Onze Reglementen en Voorschriften.
B. Uw voorstellen zullen een hoop geld kosten, want er zal, om die
werkwijze vlot te doen verloopen, veel coulanter moeten worden
verstrekt dan thans. Er zullen veel meer exemplaren moeten worden
gedrukt en er zullen veel meer ongebruikte vervallen exemplaren
moeten worden weggeworpen. Antwoord: Ja, het zal wat geld kosten,
hoewel niet zoo heel veel meer dan thans. Denk slechts aan de talrijke
drukwerken, die bij de tegenwoordige regeling ongebruikt liggen
te verslingeren in allerlei militaire sociëteiten en op allerlei bureau's.
Maar daar staat tegenover, dat men betere waarborgen zal verkrijgen,
dat de voorschriften worden gekend en opgevolgd; dat persoonlijke
en materieele belangen beter worden behartigd en dat de vakkennis
van het Europeesche en Inlandsche deel van ons leger weer op
behoorlijk peil zal worden gebracht.
Aan den anderen kant kan op tal van onnoodige uitgaven bezuinigd
worden: ik herinner hier b. v. aan de zoogenaamde kunstreizen van
luitenants, die in Indië geboren zijn, dikwijls al jaren te velde zijn
geweest en na afloop van een cursus in de Javaansche taal een reisje
gaan maken over Java onder geleide van hun leeraar, om b. v. een
oerbosch te zien bij Blitar of een besnijdenisfeest bij te wonen in
Djocdja!
C. Gij wilt van de militairen in het algemeen gesproken „wandelen
de archiefkasten" maken.
Antw. Neen, het tegendeel is waar. Ik wil hen juist ontlasten van
een groote hoeveelheid overtollige administratieve beslommeringen.
Maar wat ze moeten weten, dat wil ik hun voorzetten in een
duidelijk afgebakend bestek. De bijzondere orders en voorschriften
voor hun eigen wapen, die ze moeten hebben en waarin voor eiken
rang en voor elke betrekking duidelijk is omschreven waf ze moeten
weten.
De algemeene orders en reglementen, tot een minimum gereduceerd,
praktisch ingericht en zoo gemakkelijk mogelijk gemaakt ter raad
pleging en bijwerking. Waarin eveneens omschreven, wie ze moeten
hebben en wat daarvan door iederen rang of iedere betrekking moet
gekend worden (ik denk b.v. aan den garnizoensdienst, de eerbewijzen,
velddienst, oorlogsrecht, krijgstucht, e. d.).
Zooals hiervoren gezegd, heb ik getracht de hoofdlijnen aan te
geven, waarlangs verbetering in den tegenwoordigen (m. i. onhoud-
baren) toestand zou kunnen worden gebracht.
26