Van alles wat.
[Jan. 1915.
beweging eene verkapte vakorganisatie, haar ontstaan te danken
hebbend aan ontevredenheid.
Uit het vorenstaande moge voldoende blijken, dat zulks ten
eenenmale uitgesloten is.
Officieren van het Ned. - Indische Leger!
Overweegt ieder in Uw eigen kring, in Uw eigen garnizoen den
inhoud dezer circulaire.
Tracht in Uw garnizoen te geraken tot eene vergadering en tot
het vormen van een comité, dat openlijk aan de bereiking van
ons doel zijn werkkracht wil geven.
Laat U niet weerhouden door diegenen, die weinig vertrouwen
stellen in onze hoogere en hoogste chefs door met het versleten
verzinsel te komen aandragen, dat gij daardoor wellicht Uwe car
rière schaadt of U onaangenaamheden op den hals haalt.
Gij zult stuiten op verzet. Gij zult strijd hebben te voeren om
Uwe ideeën ingang te doen vinden. Natuurlijk! Ware zulks niet
het geval, dan zoude onze vereeniging reeds lang bestaan.
Maar gij hebt niet het recht en gij hebt geen enkele reden om
te veronderstellen, dat de wettige macht, gelegd in de handen onzer
chefs, gebruikt zal worden om U te benadeelen, daar waar gij
openlijk opkomt voor de verdediging van een denkbeeld, dat in
geen enkel opzicht in strijd komt met Uwe bekende plichtsopvat
ting, met den door U afgelegden eed.
Vertrouwt er op, weest er van overtuigd, dat Uwe tegenstanders,
zoo zij twens Uwe chefs zijn, Uwe meening zullen bestrijden!
Maar ook tevens respecteeren met dat respect, waarop de
Overtuiging van ieder eerlijk man recht heeft.
En wanneer gij de argumenten Uwer tegenstanders stuk voor
stuk hebt verwezen naar het ierrein der verdachtmakingen, en gij
bemerkt dat zij zich niet willen laten overtuigen, omdat zij (Jen
ons niet willen gelooven, dan is het moment gekomen om te wij
zen op het feit, dat de Regeering reeds rechtspersoonlijkheid heeft
verleend aan andere militaire vereenigingen, zoowel hier ais in Neder
land. Dan betoogt gij, dat eene regeering toch geen statuten zal
goedkeuren, indien zij vermoedt dat daarachter andere bedoelingen
schuilen, in strijd met de door Haarzelf uitgevaardigde wetten.
Dan is het moment gekomen om er op te wijzen, dat het hoofd
bestuur moet gelegd worden in handen van bezadigde en bekwame
mannen, die in verband met de benarde tijden de juiste tijdstippen
weten te kiezen-of beter gezegd het noodige geduld zullen weten
te toonen-in zake het voorbrengen van verzoeken, waaraan finan-
cieele consequenties zijn verbonden, in welken vorm en van welken
aard ook.
Dan is het moment gekomen het debat te sluiten en Uwen tegen
standers toe te roepen:
63