uit de Pers. De isonden in den modernen oorlog. Bij de bezichtiging van een lazaret op het westelijk oorlogsterrein heeft Payr, de commandeerende officier van gezondheid van het Saksische leger, een lezing gehouden voor de oorlogscorresponden ten, waarin hij interessante mededeelingen deed over het karakter der wonden in dezen oorlog, waarin met zoovele nieuwe wapenen gestreden wordt. Vooraf werden eenige woorden gezegd over het nieuwste Engelsche infanterie-projectiel. Dit heeft een dunnen, stalen mantel, een kern van lood en een punt van alluminium. Als dit projectiel treft, werken de verschillende metalen zoo ongelukkig op elkaar, dat men vaak de uitwerking als van een dum-dum krijgt. Professor Payr gaf een overzicht van de projectielen, waarmee men thans rekening te houden heeft. Deze zijn, de kogel van het infanteriegeweer, van een shrapnell, de splinter van de granaat en van de vliegerbom, en dan nog de vliegerpijl. Verder komen ver wondingen voor met allerlei indirecte projectielen doordat stukken van de kleeding, geldstukken, en wat de soldaat verder nog in den zak draagt in het lichaam worden gedreven. De moderne Fransche infanteriekogel is uit betrekkelijk week materiaal vervaardigd. De punt buigt reeds om als deze een stof van eenig weerstandsvermogen treft. Indien de kogel een steen raakt, slaat hij zoo plat als een scheepsbout. De kartetskogel is van lood en natuurlijk nog zachter dan de Fransche geweerkogel met zijn alliage aan koper, en wordt nog sterker misvormd. Gra naat- en bomsplinters hebben onberekenbare vormen. Iets heel nieuws in dezen oorlog is de vliegerpijl. Als deze pijlen uit vijf tien honderd meter hoogte loodrecht naar beneden vallen, bereiken zij een snelheid van tweehonderd meter in een seconde, dus onge veer die van een ouden geweerkogel. Daardoor zijn de wonden zeer ernstig. Het is voorgekomen, dat een pijl een man door den schouder drong, het geheele lichaam doorboorde en er in de dij uit kwam. Vroeger geloofde men, dat bloedvaten voor den geweerkogel konden wijken Het moderne infanterieprojectiel schuift de bloed vaten niet meer ter zijde, maar gaat er doorheen, zelfs door kleine aderen. Daarom moet men met veel meer bloedingen rekenen. Deze. zijn nog zooveel te gevaarlijker, omdat het schotkanaal in het lichaam uiterst klein is. 78

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 84