De Groote Oorlog. [Feb. 1915. Het Fransche communiqué van den 26sten houdt in: les troupes franco-anglaises occupent une ligne de front passant dans ie voisinage de Givet. (Vager kan het al niet aan gegeven worden) Elles ont gagné ce front en combattant et en tenant en respect leur adversaire, dont 1 offensive a été nettement arrêtée. Des partis de cavalerie, qui s'étaient montrés avant hier dans la région de Lille, Roubaix, Tourcoing, ont apparu hier dans la région de Douai. Cette cavalerie ne peut s'avancer davantage qu'en s'exposant a tomber dans les lignes anglaises renforcées hier par des troupes fran?aises". Het Duitsche Hoofdkwartier deelt, lakonieker, mede: „Die Armee des Generalobersten v. Kluck hat die englische Armee bei Maubeuge geworfen". Het Fransche communiqué spreekt van het gevaar voor de Duitsche cavalerie om in de Engelsche liniën te vallenvolgens een artikel over het gebruik van de wederzijdsche ruiterijen in de Jahrbücher van December 1.1. heeft de Duitsche Cavalerie getracht, en is het haar ook gelukt, op de terugtochtslijn der Britten te komenop deze wijze zou het Britsche Leger zijn opgehouden. Uit het Rapport van Sir John French blijkt niets van deze actie der Duitsche cavalerie. Wanneer het werkelijk gelukt was eene eenigszins aanzienlijke cavalerie-massa op dien terugtochtsweg te brengen, dan waren de uitgeputte Britsche troepen vermoedelijk wel voldoende opgehouden om aan de Duitsche legerkorpsen, die op den voet volgden, gelegenheid tot algeheele vernietiging te geven, vooral op den volgenden dag, den 26sten, door den Britschen bevelhebber den zwaarsten dag genoemd. 26 Augustus. Uit het hierboven omtrent het le Britsche korps aangehaalde blijkt reeds, dat Sir John French tot voortzetting van den terugtocht be sloten was: Although the troops had been ordered to occupy the Cambrai- Le Cateau-Landrecies position, and the ground had, during the 25th, been partially prepared and entrenched, I had grave doubts— 1) Door wien? 215

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 107