Uit de practijk.
[Feb. 1915.
XIV. Ik meen, dat er vroeger eens een order is geweest, dat het
gebruik van oude gedrukten als dienstenveloppen „verboden"
was.
Misschien is die order weer ingetrokken of „gewijzigd".
Tenminste je ziet tegenwoordig weer bijna overal oude ge-
drukten bezigen als couvert.
Stelt je nu eens voor, dat je van een collega (ik noem expres
een „gelijke", géén meerdere of mindere 1 een brief krijgt,
gewikkeld in een oude rekening van een schoenmaker of van
een lenganan; het beschreven deel naar de binnenzijde ge
keerd. Maar de lijntjes nog buiten op de enveloppe zichtbaar.
Wat zoudt ge dan zeggen
Op z'n zachtst: wat een ongemanierd merk is dat!
Ik vind het gebruik van die gedrukten als dienstcouverten
niét te verdedigen. Afgescheiden nog van het feit, dat die
papieren niet voor dat doel bedrukt zijn en dat bedrukt papier
altijd duurder is dan dezelfde kwaliteit onbedrukt papier.
XV. Als éérste uitrusting bij indiensttreding krijgt de militair van
alle landaarden drie groene jassen en één stel knoopen.
Dit aantal knoopen is natuurlijk absoluut onvoldoende en
herhaaldelijk moeten er dan ook bijgekocht worden.
Een stel knoopen bestaat uit acht kleine, zeven groote
knoopen en lfc stiften. Als je nu b. v. een knoop bronzen
kleine verliest en je kunt in het dagverblijf kleine knoopen
bijkoopen, dan krijg je tegenwoordig weer kleine knoopen van
een andere grootte en ander model (vermoedelijk van een
andere fabriek) dan de oorspronkelijk ingevoerde. En dan is
de symmetrie geschonden.
Méér stellen knoopen als eerste uitrusting verstrekken en
die knoopen per stuk of per dozijn met en benevens de stif
ten ten verkoope stellen in de dagverblijven, evenals zulks
thans reeds geschiedt ten opzichte van sommige artilleristische
equipementsstukken, n.l. ruimnaalden, monddeksels, en loop
borstels. (zie artikel 52, Regelen Materieel Beheer).
Eveneens komen in aanmerking om tegen betaling aan dag
verblijfhouders te worden afgestaan, ten verkoope in de dag
verblijven, de volgende artikelen: schoenveters, kurken tot
veldflesschen aluminium, stormbanden, broekgespen, kokardes
voor groene petten, en dergelijke kleinigheden.
In het algemeen die artikelen, die gemakkelijk door den man
verloren kunnen worden of waarvan het gebruik grooter is dan
de verstrekking. Waardoor vermeden wordt het gescharrel
om deze zaken op schuld van een der militairen aan te vragen
en waardoor tevens een hoop bemerkingen of straffen voor het
zoekmaken van dergelijke kleinigheden worden voorkomen.
155