Overzicht van eenige buitenlandsche tijdschriften. [Feb. 1915. Middelbare kanonnen van verschillende kalibers (afhankelijk van 't doei). Zware houwitsers met groote dracht van minstens 30.5 c.M. en lichtere houwitsers. De bewapening zal ten nauwste verband moeten houden met plaatselijke gesteldheid, zoodat algemeene regels vrijwel niet te ge ven zijn. De zware kostbare kanonnen zijn in het algemeen voor de afsluiting van vaarwaters, de houwitsers speciaal voor den ge- schutstrijd te bestemmen. De eerste zijn tegen vuur op groote afstanden te dekken, hetgeen ook voor de kleinere kalibers van kracht is. ...ju Bij het schieten der zware kanonnen zal in den regel op den boeg gericht worden, waarbij dan op 5 a 6000 M. voldoende kans bestaat het schip aan de hekzijde te treffendaar dit een weinig belangrijk gedeelte is zal 't aanbeveling verdienen het schip dichter te laten naderen, ergo korter vlucht tijd, met als gevolg treffen van een meer belangrijk scheepsdeel; de schrijver geeft echter tevens eene methode voor vuur op groote afstanden aan, die toch voldoende eenvoudig zou zijn. i Gewezen wordt verder op de preventieve werking, die vooral van de zware lange vuurmonden uitgaat; hij acht haar zoo groot, dat deze kanonnen veel kans hebben nooit een schot behoeven tg lossen Tot slot zij vermeld, dat in 't artikel verder beschouwingen over het gebruik der batterijen, de vereeniging tot groepen, de taak van groeps- en batterij-commandanten en het gewicht van hindernissen te vinden zijn. In de Revue militaire générale (Juli) een artikel van de hand van generaal Roequerol „Méconnaissance du röle et de la puissance dp l'artillerie dans l'organisation actuelle de l'arme et dans l'armée De wijze waarop men zich in Frankrijk het gebruik van de artil lerie denkt, heeft geenszins de instemming van den schrijver, daar zij tot versnippering leidt, terwijl juist massagebruik onder eenhoof dige artilleristische leiding op den voorgrond dient te staan, waar door z. i. de samenwerking tusschen infanterie en artillerie, ter be reiking van 't gevechtsdoel, grooter resultaten zal opleveren dan door verdeeling van de artillerie over betrekkelijke kleine infanterie- afdeelingen. Het legerkorps is z.i. het 1ste verband, waarin artillerie en infanterie gezamenlijk vereenigd moeten worden. Het is volstrekt geen vereischte, dat de Commandant van eene samengestelde tactische eenheid op de hoogte is van de technische details van elk der wapens; het is voldoende als hij met het samenstel kan werken en weet wat van elk der wapens gevorderd kan worden en wat het daarvan te verwachten resultaat kan zijn. 167

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 59