Feb. 1915.] Scheiding tusschen Intendance en Militaire Adm.
voor de comptabiliteit (thans onderinspecteurs der militaire admini
stratie) is overgegaan. Met de mandateering—hoofdzaak-hadden
de intendanten toch reeds geen bemoeienis, zoodat het veelal van
hun persoonlijken smaak en aanleg en van de meerdere of mindere
geschiktheid van de hen toegevoegde officieren voor de compta
biliteit afhing, of zij zich meer of minder met den administratieven
dienst in lieten.
Voor de buitenbezittingen is de toestand te Bandjermasin, Makas
ser en Ambon niet veranderd; wel is voor Makasser een kapitein
der intendance als gewestelijke intendant en een luitenant der mili
taire administratie als onderinspecteur uitgetrokken in de legerformatie,
maar evenals vöör 1 October 1913 worden beide betrekkingen ook
thans nog door een kapitein der administratie vervuld.
Men trekke uit het vorenstaande vooral niet de conclusie, dat de
intendanten nu van alle administratieve beslommeringen vrij zijn.
Er is scheiding gemaakt tusschen geldelijk en materieel beheer,
maar deze strekt zich niet uit tot de materiëele administratie.
Zooals hiervoor reeds werd opgemerkt, ressorteert het magazijns-
beheer onder de intendance, dus ook de materiëele administratie.
En in de praktijk wordt de scheiding zoover doorgevoerd, dat alle aan
gelegenheden, welke ook maar eenigszins op materiëel betrekking heb
ben, worden gerekend behandeling door de intendance te vereischen
Eene scherpe afscheiding tusschen de beide diensten bestaat
feitelijk niet; de getrokken grens is veelal onnatuurlijk, hetgeen tot
de meest zonderlinge onderscheidingen leidt, zooals uit eenige voor
beelden moge blijken.
De verschillende regelingen voor de verpleging van troepen op
excursie zijn het werk van de intendance. Bij die regelingen zijn
ook bijzondere inkomsten als daggelden, toelagen voor gehuwden,
enz. vastgesteld. Men heeft nu, dat, waarde regeling van de gewone
inkomsten en van re/sdaggelden onder de administratie ressorteeren,
bijzondere inkomsten en exarrs/edaggelden bij VII B moeten worden
behandeld.
Aangelegenheden betreffende extra toelagen voor dure levens
wijze worden door de intendance behandeld, die voor de bezoldi
ging bij de normale levenswijze door de administratie.
De normale verstrekking van kleeding en levensmiddelen geschiedt
door de zorg van de administratie, zonder verdere tusschenkomst
116