Mrt. 1916.]
Nagekomen Stuk.
uitkomsten der op de metingen volgende statistische opnemingen,
die voor de defensie het pad hebben geëffend tot het verkrijgen
niet slechts van het noodig geachte, doen van het volledige kaar-
tenmateriaal van Java. Toen deze Statistieke Opname van Java ten
einde liep, werd den Topographischen Dienst een taak aangewezen
buiten Java, welke taak door de geleidelijke economische ontwik
keling der Buitenbezittingen en de aldaar op den voorgrond tredende
staatsbelangen voortdurend omvangrijker is geworden. Zou een en
ander niet in voldoende mate van belang zijn geacht, dan zou tot
eene topographische opneming van Borneo, Sumatra en Celebes
niet zijn besloten, dan zuu de Topograpnische Dienst uit den aard
der zaak zijn tegenwoordig arbeidsvermogen missen, omdat hij waar
schijnlijk geheel of grootendeels ontbonden zou zijn geworden,
waartoe, in verband met het in 1882 door den toenmaligen Land
voogd over de triangulatie van Sumatra uitgesproken veto, alle kans
heett bestaan. Zeer gelukkig voor den Indischen topographischen
arbeid was men in Nederland op grond van economiscne over
wegingen eene tegenovergestelde meening toegedaan. Niet militaire
desiderata hebben dus zoowel in 1864 als in 1882 den topographi
schen arbeid voor een dreigenden ondergang behoed en het de
defensie aldus mogelijk gemaakt direct of inoirect in het bezit te
komen van goede kaarten, tot welker vervaardiging anders zeer
waarschijnlijk niet zou zijn besloten.
Het dateert eerst van 1897, dat een deel van den Topographi
schen Dienst en wel de 2e opnemingsbrigade speciaal bestemd
werd om te voorzien in de behoefte aan opmetingen van uitsluitend
militairen aard. Eerst van verleden jaar is het, dat op aandrang
van den Generalen Staf, ter wille van eene bespoediging, werd
besloten om bij de vervaardiging van een deel der voor militaire
doeleinden bestemde kaarten ook alle andere dan militaire eischen
te laten vervallen.
Thans werken 2 brigades aan de hermeting c.q. herziening van
Java, waarvan een op dubbele sterkte voor uitsluitend militaire
doeleinden. Bovendien worden door de 4 landrente-opnemingsbri
gades, met welker tewerkstelling militaire overwegingen niets uit
staande hebben, op Java metingen verricht, die met geringe moeite
dienstbaar zijn te maken voor net Leger en voorloopig reeds gebe
zigd worden tot het bijwerken van de verouderde detailbladen op
120.000. Dit geschiedt om het Leger zooveel mogelijk en in elk
opzicht tegemoet te komen in zijn alleszins gerechtvaardigde vraag
naar nieuwere kaarten.
Een en ander moge hebben duidelijk gemaakt, dat, ook al zou
men het betreuren, dat het zuiver militair belang op topographisch
gebied niet groot genoeg werd geacht, om uitsluitend daaraan meer
ten koste te leggen, er toch zeker geen redenen zijn om te ver-
372