EXAMEN HOOGERE KRIJGSSCHOOL (KRIJGSK. STUDIËN) 1916. [Mei 1916.
Versterkingskunst.
Ie vraag uur).
Geef een schets (met toelichting) van een kunstmatige dekking
voor een sectie mitrailleurs in hoog terrein.
2e vraag (1 uur).
Wat is het doei van tactische steunpunten in een verdedigende
stelling?
Welke soorten kent gij en geef een door schetsen toegelichte
beschouwing over de inrichting van groepsversterkingen.
3e vraag uur).
Wat verstaat men onder groot- en klein flankement?
Geef een korte beschrijving van de daarvoor gebezigde inrich
tingen, door eenvoudige (lineaire) schetsen toegelicht.
4e vraag (1 y2 uur).
Een borstwering van nevenstaand profiel wordt door een 4 M.
breeden weg gesneden. De as van den weg kruist de vuurlijn lood
recht, de weg helt naar boven onder 1/8 tot 1.50 M. recht onder
de vuurlijn en van daar weder onder dezelfde helling naar beneden.
Taluds'van den weg: in ophooging onder 2/3, in ingraving onder 1/1.
Teeken op een schaal van 1:100 den platten grond.
Geodesie.
Ie vraag uur).
Van een boldriehoek zijn gegeven de zijden a 860 29' 12" en
b 100°, benevens de ingesloten hoek C 58° 42' 8".
Gevraagd de oppervlakte van den driehoek als de straal gelijk 1 M. is.
2e vraag (3/4 uur).
Een schip verlaat Catania in Sicilië (37° 30' Nr. Br. en 120 40'
O. L.). Welken koers moet het varen om langs den kortsten weg
Alexandrie (31° 13' N. Br., 33° 8' O. L.) te bereiken?
3e vraag (1 uur).
Welke geografische breedte hebben de plaatsen op het N. halfrond,
voor welke de zon op den langsten dag 23 uur boven den horizon blijft?
De grootste N. declinatie van de zon is 23° 27' 28".
573
