De Spaansche Vesting-Artillerie N tot bij Santiago de Cuba. tor (Met één plaat). Nadat Amerika besloten had de Cubaansche bevolking van het Spaansche juk te bevrijden, eischte het van Spanje, dat het zoowel te land als te water zijne strijdkrachten van Cuba zou terugtrekken. Op Spanjes weigering gaf President Mac Kinley bevel den oorlog onmiddellijk aan te vangen (23 April 1898). Indien het Amerikaansche leger op den oorlog voorbereid was geweest, had reeds spoedig een landing ondernomen kunnen worden, want in de eerste weken van den oorlog had Spanje geen vecht- eskader in de nabijheid van Cuba. Aangezien echter ongeveer niets klaar was en het Amerikaansche leger bij wijze van spreken uit den grond gestampt moest worden, kon het Spaansche eskader onder Admiraal Cervera de haven van Santiago de Cuba bereiken, nog vóórdat de Amerikanen eenige onderneming te land hadden gedaan (19 Mei). Voordat Cervera weer kon uitloopen, werd zijn aanwezigheid bij de Amerikaansche marine bekend en deze slaagde er in hem door middel van een nauwe blokkade in de haven op te sluiten. Ook trachtte zij de kustversterkingen te forceeren, doch kwam weldra tot de overtuiging, dat het vernietigen der Spaansche vloot niet kon worden bereikt dan met behulp van het leger. Het daartoe uitgezonden expeditiekorps vertrok den 14en Juni op 35 transportschepen uit Amerika en kwam den 19en Juni voor Santiago aan. Het bestond uit: 18 regimenten infanterie van het staande leger (a 500 man), 2 regimenten infanterie, gelegenheidsvrijwilligers, 381 Deze geschiedenis is voor een groot deel waarlijk gebeurd', de rest is fantasie. Het geheel is geschreven met het doel den Lezer te stemmen tot nadenken over het gebruik, dat wij eens van onze Vesting-Artillerie zullen maken. I. M. T. 1916. 25

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 3