de Scbiet-memode. In het Septembernummer van dit Tijdschrift, dat met de voorlaat ste mail op Curacao aan kwam, trof ik een stuk aan van „Alif" over de S. S proef, die blijkbaar in Juli 1915 bij eene Compagnie van een Depot-Bataljon was gehouden. De uitslag viel tegen, schrijft Alif, „één voldeed aan het le ge deelte, één aan het tweede gedeelte, doch niet één aan beide oefe ningen". Mijns inziens is dit resultaat slecht, te meer daar de Com pagnies-Commandant van de 24 schutters, nadat ze reeds zesmaal de voorgeschreven oefeningen geschoten hadden, slechts 10 man toeliet tot het afleggen van de werkelijke proef. Alif meent, dat de factor „tijd" hier dit treurige resultaat veroor zaakt heeft en besluit met den wensch, dat we maar zoo spoedig mogelijk tot de oude „beproefde" schietwijze terugkeeren (daarbij veronderstellende, dat velen met hem dit wenschen). Indien Alif gelijk heeft, dat de voorgeschreven tijden, binnen welke aan den eisch moest worden voldaan, te kort waren, zoo wil het mij toe schijnen, dat het kader bij zijne Compagnie zijne verwachting, „dat het over het a'gemeen een goeden juist snellen aanslag had", danig heeft teleur gesteld; want had dat kader werkelijk een goeden j. s. aanslag, zoo zou de tijd van 35 seconden, hun toegestaan voor de 10 schoten op de ellipsschijf zeker voldoende zijn geweest; neemt men al 5 seconden voor het navullen, wat toch voor een geoefend schutter werkelijk lang is, dan blijven er 30 seconden voor de 10 schoten, dus 3 seconden per schot, wat m. i. ruim voldoende is om dan met de 10 schoten hoogstens 37 punten te halen, althans voor een man, wien men het praedicaat scherpschutter zal verleenen. Volgens mij is er een goede remedie voor het kader van Alif: de heeren flink aanslagoefeningen laten doen, b v. eiken dag 15 minuten op het touwtje, als de fout tenminste niet zit in de aanslagbeweging op zich zelf, want dan maar geheel van voren af beginnen onder leiding van een officier, die de juist snellen aanslag methode goed kent en goed kan onderwijzen. Het 2de gedeelte van de S. S. proef is werkelijk 516

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 54