De Militair-Politieke toestand van China in 1914. [Mei 1915.
voor de hand, dat internationale wedijver het tot stand komen van
ééne groote vereeniging belet heeft.
De 3de cadettenschool, welke te Nanking gevestigd worden zou,
is nog niet geopend.
Omtrent de 2de cadettenschool te Wuchang kan het volgende
gemeld worden:
De school staat onder leiding van Generaal-Majoor Hsieh Pao-tung,
die, in China tot officier opgeleid, daarna acht jaren lang in Duitschland
en wel bij een regiment cavalerie en op de rijschool te Hannover
gediend heeft. Het aantal cadetten bedraagt 1050, ingedeeld in 8
compagnieën, elk van 3 pelotons. Het onderwijzend personeel bestaat
uit ongeveer 30 officieren en ongeveer 80 burgerleeraars. Van de
vreemde talen, waarvan onderwijs in één verplicht is, worden Engelsch
en Japansch het meest onderwezen.
De vliegoefeningen te Nanyüan (ten zuiden van Peking) werden
geregeld voortgezet en zouden reeds zeer goede uitkomsten gegeven
hebben.
4. Wapening en Werkplaatsen.
Voortaan zullen de werkplaatsen rechtstreeks aan het ministerie
van oorlog te Peking ondergeschikt zijn. Deze maatregel is al dadelijk
op de werkplaatsen te Hanyang en te Tshchou toegepast geworden.
Voor het onderhoud van deze inrichtingen zal het ministerie van
financiën jaarlijks anderhalf millioen taels beschikbaar stellen. De
werkplaatsen te Shanghai, Kanton en Chengtu zullen weldra volgen.
De werkplaatsen te Hanyang zijn belangrijk uitgebreid, waarbij
Deensche ingenieurs hunne hulp verleend hebben en nog verleenen.
III. De zeemacht.
Komt het tot invoering van weerplicht, dan zullen de voor de
marine bestemde dienstplichtigen vier jaren onder de wapens blij
ven, om daarna voor drie jaar tot de marinereserve over te gaan.
Na afloop van dezen termijn blijven zij nog vijf jaren ter beschikking.
De financiëele toestand deed de regeering van alle plannen tot
reorganisatie van de zeemacht afzien. In verband hiermede werden
473
I. M. T. 1915. 31.