Mei 1915.] Uit de Practijk. die ligt aan ongemotiveerde afwijkingen van nog wel pertinente, cursief gedrukte bepalingen in het voorschrift. Dikwijls wordt weer het tweede gedeelte van de noot op blz. 21 als verontschuldiging voor deze afwijking opgegeven. Deze noodlottige noot dient dus zoo spoedig mogelijk, liefst bij aanschrijving reeds, te verdwijnen, terwijl bovengenoemde afwijkingen streng gestraft moeten worden. Eene andere kwestie is echter deze of het geene aanbeveling zou verdienen aan seiners le kl. de eisch te stellen het morsealphabet uit hun hoofd te kennen. Mijns inziens is dit gewenscht en mogelijk. Men heeft dan het voordeel, dat men in het seinverkeer onmiddellijk een bericht in gewone letters kan aflezen en opgeschreven krijgt, eene versnelling die op het gevechtsveld van bijzondere waarde is. Men geve deze seiners le kl. dan echter 5 cents per dag toelage, zooals dit thans bij de artillerie voor allerlei speciale kundigheden geschiedt. De tegenwoordige eischen voor seiners le kl. zouden dan voor seiners 2e kl. bestaan kunnen blijven. Deze seiners le kl. zouden dan bataljonsgewijze minstens eens per week geoefend en beproefd moeten worden, anders verleeren zij het alphabet. Dit is in de practijk gebleken. Behalve de inlassching van de kennis en beproeving voor de nieuwe seiners le kl. zouden dan nog de volgende wijzigingen in het voorschrift noodig zijn: In 38 moet in den vierden regel tus- schen „woord" en „De" ingelascht worden: „Is de seingever een seiner le kl., dan wordt het bericht gewoon in letters (c.q. cijfers en leesteekens) afgelezen; overigens wordt overeenkomstig ge handeld." Aan 't slot van 39 moet worden toegevoegd: „Is de waarne mer een seiner le kl., dan roept deze het bericht in letters (c.q. cijfers en leesteekens) af; overigens wordt overeenkomstig gehan deld." C. 502

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 64