us
iff
Tactische oefening op de kaart.
(3e Serie).
Oplossing van oefening No. 2.
1. Bevelen voor den marsch naar
De Detachements-Commandant besluit om, voorloopig, met zijn
geheele macht te marcheeren naar Batoedjadjar 1, in de nabijheid
van welke plaats de eenige overgang (brug—de kaart wijst géén
doorwaadbare plaatsen aan) over de TjiTaroem, in zijn bewakings
vak, ligt; bovendien zijn er passende kwartieren.
Aangezien het bericht omtrent de vijandelijke cavalerie zeer vaag
is (waar en wanneer zij werd waargenomen is onbekend), moet
worden rekening gehouden met de mogelijkheid, dat zij de brug
reeds kan hebben bereikt en kan hebben overschreden. De marsch
naar Batoedjadjar moet dus plaats hebben met veiligheidsmaatregelen,
ofschoon de géheele marschweg ligt achter de dekkingsdetache
menten in het Oosten.
Veiligheidsmaatregelen op de flanken zijn, in verband met de aan
wezigheid der nevendetachementen, niet noodig, terwijl de afstand
tot Batoedjadjar betrekkelijk zóó gering is, dat de detachements
commandant het overbodig acht om bij de marcheerende colonne
eenige cavalerie achter te houden. Liever zendt hij, in dit geval, de
geheele cavalerie vooruit om meer kans te hebben dat deze den
vijand het overschrijden van de brug kan beletten. Om den vijand zoo
mogelijk vóór te zijn in het bereiken van de brug, is eenegrootere
marschsnelheid dan de normale, voor de cavalerie, gewenscht.
Aannemende, dat het Detachement om 7.45 v.m. marschbereid
gereed staat, geeft de Detachements-Commandant op dat uur aan
de verzamelde onder-commandanten het volgende bevel uit:
Detachement Batoedjadjar. Padalarang 4-4-1915.
No. 1. 7.45 v.m.
Marschbevel voor 441915.
Troepenindeeling. 1. Sterke af deelingen vijandelijke Cavalerie
1. Cavalerie. bevinden zich Zuid van de Tji Taroem.
Commandant. Eigen detachementen bevinden zich in de
Cav. 1 Peloton. lijn Tjiteureup 1 (D. 5)-Tjibëbër 1 (C. 7)—
Lagadar— Djati 1 (D. 8)
527