Juni 1916.] Opheldering door Brigade-cavalerie. „moet te allen tijde een gedeelte worden bestemd voor medewerking „aan de rechtstreeksche beveiliging dier troepenafdeelingen. „(2) Het voor deze taak aangewezen deel wordt onder de bevelen „van den commandant (de commandanten) der veiligheidstroepen ge steld (voorhoede-, flankdekking-, achterhoede-, voorposten-cavalerie). „54. (I) Het overblijvende gedeelte blijft ter beschikking van denbri- „gade (detachements)-commandant tot het verrichten, waar en wanneer „noodig, van den ophelderingsdienst binnen de grenzen en in de „richtingen door hem, c. q. rekening houdende met gegevens der „leger-cavalerie, noodig geacht tot het verzekeren van zijn vrijheid „van handelen. Bevindt zich geen leger=cavalerie tusschen den vijand „en de troepen hetgeen bij zelfstandig optredende brigades (detache menten) regel zal zijn—dan moet dit deel der cavalerie zoo sterk „mogelijk voor den ophelderingsdienst worden ingezet. „(2) Dit deel ontvangt zijn bevelen van den troepen-commandant; „de commandant(en) der veiligheidstroepen wordt (worden) met „den inhoud dezer bevelen in kennis gesteld. „55. (1) De voor de opheldering aangewezen cavalerie mag als „regel slechts zoo ver worden vooruitgeschoven, dat haar samen hang met de~brigade (het detachement) gewaarborgd blijft en zij „op het gevechtsveld tijdig aanwezig kan zijn. „(2) In verband met sterkte en omstandigheden kan zij in het „voorterrein overnachten. Zoude zij aldus handelende te veel „blootgesteld zijn, dan wordt zij-onder achterlating van staande „patrouilles tot het bewaren c q. tijdig opnemen van de voeling voor „het invallen der duisternis zoo dicht mogelijk achter de voorposten- reserve teruggetrokken. „(3) Zoowel voor de vervulling van groote vuurkracht eischende „opdrachten als tot verzekering van hare verbinding met den troepen- „commandant of beveiliging van haar bivak, bijaldien zij 's nachts „voorgeschoven blijft, kan hare ondersteuning door wielrijders of tijdig „vooruitgezonden infanterie noodig zijn. „56 In hooger verband zal het veelal aanbeveling verdienen de „cavalerie van meerdere brigades vereenigd onder eenhoofdig bevel „voor de opheldering te gebruiken. Elke brigade moet dan echter „minstens een half peloton voor den veiligheidsdienst te harer be schikking houden. Aan het slot van deze beschouwingen gekomen kan ik niet nalaten §18

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 32