Juni 1916.J Beschouwingen óver vliegtuigen in den modernen ning zouden kunnen komen, dat 't al heel bedroevend staat met de toekomst van de militaire aviatiek h. t. 1. Bovendien moet in het bijzonder worden geprotesteerd tegen den inhoud van Noot 1. Toen deze noot werd neergeschreven, kan Schrij ver, die zich in Holland bevond, niet bekend wezen met de om standigheden, waaronder het bedoelde ongeluk voorviel, en daarom lijkt zijn oordeel voorbarig en onbillijk tegenover degenen, die hun uiterste best hebben gedaan het toestel in goeden staat te houden. Neemt men daarbij in aanmerking, dat bedoeld vliegtuig zoo goed als nieuw was, zijne bruikbaarheid bij de voorgaande vluchten reeds was gebleken, dat voor zoover mij bekend door geen der aanwe zigen, ook niet door den bestuurder, het ongeval aan minder goe den toestand van het vliegtuig werd toegeschreven, terwijl daarvoor wel andere oorzaken zijn aan te wijzen, dan lijdt het geen twijfel of men moet de betrokken personen, die verantwoordelijk waren voor den toestand van dat vliegtuig, vrij uit laten gaan. Uiteraard wordt hiermede niet bedoeld, dat het technisch gedeelte eener vliegafdeeling geen bijzondere zorg behoeft; daartegen zal wel niemand iets in te brengen hebben. Ook de wenschelijkheid van het in dienst nemen van een lucht vaartkundig-ingenieur, mits daaronder te verstaan is een technisch zeer bekwaam persoon met ruime ervaring van de vliegtuigindustrie en bij voorkeur ook van de vliegkunst zelve, zal geen tegenspraak ondervinden. Evenwel wordt door ondergeteekende voorloopig meer waarde voor onzen vliegdienst gehecht aan practische ervaring en nauwgezette plichtsopvatting dan aan uitgebreide theoretische kennis. Wat een ijverig en betrouwbaar monteur voor de veiligheid van zijn toestel kan doen, kan een bekwaam werktuigkundige voor den technischen dienst bij de vliegafdeeling in zijn geheel verrichten, althans zoolang het gebied der uitvindingen nog niet betreden wordt op een gedeelte, dat zich buiten zijn gezichtskring bevindt. Vooral in den aanvang, wanneer het doel is op snelle wijze een bruikbaar vliegbedrijf op te zetten, hangt veel af van bedoelde eigenschappen van aengene, bij wien de technisclu leiding berust. Ten slotte nog enkele woorden over de beide aangekochte Glenn Martin vliegmachines. 632 OORLOG EN GEVOLGTREKKINGEN

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 48