Overzicht vaneenige BuitenlandscheTijdschriften. [Juli 1915.
is voor de geschutbediening moeilijker en moet uit dien hoofde
veelvuldig beoefend worden, hoewel de toepassing in oorlogstijd
zeldzaam zal zijn. Het is totaal fout, om directe richting aan onge
dekte stellingen te koppelen. Directe richting mag alleen dan worden
toegepast, als het doel, waarop te richten valt, markant is, zoodat
vergissing uitgesloten is. In den regel is er juist zeer veel kans op
vergissing (beschieten van eigen linieën) en dan moet indirect gericht
worden, dus het vuur volkomen in de hand zijn van dengene, die
de minste kans heeft vergissingen te maken, dat is de van goede
instrumenten voorziene Batterijcommandant.
Ongeveer hetzelfde betoogden wij (-y-) bij de bespreking van
dat Maart-artikel (zie voren); we vallen dus min of meer in herhaling
en zulks met opzet, in de hoop n.l. enkele lezers— niet-artilleristen
op te wekken de quaestie van direct en indirect, van gedekt (gemas
keerd) en open eens nader te bestudeeren; voor velen zou zulks
werkelijk geen overdaad zijn. Zij, die geroepen kunnen worden
artillerie onder hunne bevelen te krijgen, moeten in staat zijn haar
opdrachten te geven, waartoe nu eenmaal kennis van zaken een
onafwijsbare eisch is.
Lezenswaardig is ook het artikel „Der strategische und taktische
Schwerpunkt in der Kriegführung".
De schrijver begint met een betoog, dat men steeds moet streven
om in den rug van de tegenpartij te komen, dus op zijn verbindin
gen vooral tegenwoordig, nu bijna wederom uitsluitend magazijns-
verpleging moet worden toegepast, zijn de verbindingen de Achil
lespees van den vijand.
Dit wordt bereikt door strategische omtrekking, welke naar
's schrijvers meening, en oi terecht, met de hoofdkrachten moet
worden uitgevoerd. De nadeelen daarvan zijn in den koop te nemen,
omdat het gaan staan op 's vijands verbindingen gevolgd moet
worden door den slag, beoogende de vernietiging van de vijande
lijke strijdkrachten.
Ook de tactische omtrekking heeft hooge waarde, ook hier met
de hoofdmacht uit te voeren, waardoor echter gevaar ontstaat voor
het achter te laten deel, dat frontaal moet optreden.
De schrijver behandelt vervolgens den flankaanval, den aanval op
een vleugel, de doorbreking en de enkele en dubbele omvatting.
Het artikel wordt nog vervolgd.
Vermelden we verder het vervolg van Hanika's beschouwingen
over den Balkanoorlog 1912, waarin hij de militair-aardrijkskundige
factoren, speciaal de spoorwegen (heute ist jeder Aufmarsch eine
Eisenbahnfrage) in beschouwing neemt.
De toestand der communicatiën was weinig gunstig en dit wreekte
zich het meest bij de Turken, die, van meerdere zijden aangevallen,
juist groote behoefte hadden aan mogelijkheid tot troepenverschuiving.
761