Tactische oefening op de kaart. 3e serie. [Juli 1915.
gen van af den Oostelijken oever en bewaking van het overige ge
deelte van de rivier kan op zeer eenvoudige wijze de Hoofdmacht
worden beveiligd. Bovendien zou de Voorhoede zelf óók kunnen
rusten, als de beveiliging op die wijze werd geregeld. De Voorhoede
Commandant weet echter ook, dat de marsch na de rust zal worden
voortgezet en moet zich dus tijdig verzekeren van het vrije gebruik
van de brug. lo
onafhankelijk van de berichten omtrent den vijand, besluit hij
derhalve, om, althans met een gedeelte van zijn macht, de Tji
Taroem te overschrijden en op den Westelijken oever een bruggen
hoofd te vormen.
Onmiddelliik na de ontvangst van het bevel bereiken hem even
wel omtrent den vijand eenige berichten, waaruit hem de noodzake
lijkheid blijkt om zijne maatregelen te nemen in verband met de
mogelijkheid, dat het vijandelijke detachement, om 6 30 v.m. op 4
paal bewesten de Tji Sokan waargenomen, om 10.30 v.m. eveneens
de Tji Taroem kan hebben bereikt. Dit detachement werd gemeld
sterk te zijn 4 Bataljons Infanterie, waarbij Artillerie. Voldoende
weerstandsvermogen op den Westelijken oever kan dus slechts met
de geheele voorhoede worden verkregen.
Naar aanleiding van deze overwegingen geeft de voorhoede
Commandant persoonlijk het volgende bevel aan den Commandant
van den Voortroep en aan 1 Wachtmeester met 7 Cavaleristen, die
hij nog ter beschikking heeft.
Ie De Voorhoede-Cavaterie trok voor over
machtige vijandelijke Cavalerie terug,
gedeeltelijk in het terrein ten Zuiden
van den weg naar Tji Randjang. Een
vijandelijk Detachement (Infanterie en
Artillerie) is in opmarsch in Oostel.
richting.
Onze Hoofdmacht rust tot 2 uur n.m.
in Radjamandala.
2. De Voorhoede beveiligt die rust in
Westelijke richting; zij zal daartoe een
bruggenhoofd vormen.
3. De Voortroep werpt de vijandelijke
Cavalerie met kracht en snel terug tot
bewesten de lijn 3 van Pareang 3— H.P.
293—Karren weg naar Tji Pëtir 1.
4. Wachtmeester A 7 Cavaleristen belet
den vijand de spoorbrug te overschrijden
(opstelling op Oostelijken oever).
5. Ik volg met Hoofdtroep de beweging
van den Voortroep.
765