De vijftien karabijnen. [Juli 1915. dwangarbeider, een hulp-tandoe (van een sprei) en een trommeltje met verband, iedere afdeeling krijgt een tolk en iedere afdeeling is zoodoende een patrouille. Het resultaat zou merkwaardig verblijdend zijn. De Eur. sergeant wil natuurlijk de eer aan zich houden en loopt zich de beenen uit z'n pantalon. De Amb. sergeant is natuurlijk eerzuchtig, wil zich een dergelijk commando waard toonen en pa trouilleert zich de beenen uit allebei z'n pantalons. De Inl. korpl., die al jarenlang „nur" als achterspits-cominandant had meegewandeld, is dies nóg eerzuchtiger, is heelemaal niet meer te remmen en pa trouilleert zich in enkele dagen z'n heele uitrusting aan flarden en een gat in z'n hoofd. En 't merkwaardigste is de onderlinge wedijver tusschen de pa trouilles. Heeft één afdeeling een succesje gehad, dan komt de vol gende beslist niet thuis zonder óók een succesje en de Amb. ser geant verschijnt namens z'n afdeeling zelfs op 't rapport om den toean er beleefdelijk op te wijzen, dat zijn afdeeling een patrouille „koerang" kreeg! 't Kost tenslotte minder moeite om de patrouilles „uit" dan „thuis" te krijgen. En ondanks de zeer zware vermoeienissen is door deze indeeling het getal zieken onbeduidend. Dit wat „bevorderen der ambitie" betreft Doch bovendien heeft de patrouillecommandant thans vrijwel iederen nacht twee patrouilles op geheel verschillende plaatsen in 't terrein, terwijl één patrouille voor de nachtwacht en voor eventueele kleine patrouilles overdag beschikbaar is. Na enkele da gen hebben de verzetslieden zich reeds in kleine troepjes opgelost, zijn, steeds bij 't aanbreken van den dag en daardoor zonder verliezen onzerzijds, een paar gevoelige klappen gevallen, zijn een aantal ondeu- genden opgelicht, is de geheele goedgezinde bevolking weer gerust gesteld in haar kampongs teruggekeerd en kan aan haar het inwinnen van berichten e. d. worden toevertrouwd, zijn door den schrik en den weeromstuit verschillende ongeregistreerden een veilig pasje komen vragen, durft de gewapende politie weer de vivres op te voeren, heeft één der verzetskampongs zich gemeld en wordt, voor de aankomst der andere brigade, de toestand volkomen beheerscht. De rest is eenvoudig een werk van patrouilleeren en geduld. Maarde patrouillecommandant heeft zich niet gehouden aan het voorgeschrevene betreffende de vijftien karabijnen. Zij 't ook, 701

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 51