De VerDêdiöinó Van InDië. t Juli 1915. Eveneens is het onlogisch om, wanneer men niet sterk genoeg is om voor eene afdoende beveiliging te zorgen, alles in dezelfde mate te willen beschermen, in plaats .van het meest waardevolle het best. Waarom aan Alor dezelfde bescherming verleenen als aan Java? Dekt Nederland soms Ameland? Zelfs groote staten zijn dikwerf verplicht hunne defensie-plannen zoo in te richten, dat een deel van hun gebied weerloos of nage noeg weerloos aan den vijand wordt gelaten; zoo liet de Russische concentratie bij Warschau het Westelijk deel van Polen onbe schermd, zoo heeft Frankrijk jaren lang zich verplicht gezien zijn strategisch opmarsch-gebied in en achter de z.g. militaire grens (Ver- dun-Toul-Belfort) te kiezen, eerst in de allerlaatste jaren zijn de plannen om den opmarsch daarvóór te doen plaats hebben, moge lijk geworden. Weliswaar zouden die aan den vijand gelaten gebieden na gun stig verloopende operatiën heroverd kunnen worden, terwijl in Indië zonder vloot aan herovering van eilanden niet te denken valt, zoo-' dat de genoemde voorbeelden niet geheel kloppen, maar een kleine staat kan nu eenmaal tegen een machtigen buur niet hetzelfde pres- teeren als een groote. De kleine staat mag al heel blij zijn, als het hem gelukt iets en wel het meest waardevolle te behouden. Wan neer hij daarop al zijne krachten concentreert, dan handelt hij wijs. De S. C. komt tot hare conclusiën op grond van beschouwingen over internationale verhoudingen. Tegen deze beschouwingen zou een en ander in te brengen zijn, daar zij naar mijne meening te dui delijk toonen, dat de S. C. naar eene vooropgezette eindconclusie toe redeneert, evenals de opzet van de S. C. zelve met hare studie commissies wees op een vooropgezet doel: eene vloot. Men herle- ze overigens de Nota-van Gijn. Waarop hier gewezen moet worden, is het gevaar, dat er in ge legen is de verdediging van een weinig machtig rijk te baseeren op internationale verhoudingen van het oogenblik, op welker tot stand koming dat rijk evenmin invloed kon uitoefenen, als het dit op mogelijke veranderingen zal kunnen. Defensie-plannen baseeren op verhoudingen, welke door anderen, wier doel men niet kent, aanhoudend gewijzigd worden, is niet verstandig. Wie dit zoo

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 9