De beri-beri komt bij de meeste volken, die van rijst leven, voor, vooral bij de Chineezen, Koreanen en Japanners. In 1900 brak in Japan een hevige beri-beri epidemie uit; ruim 50.000 gevallen kwamen voor, waarvan vele met doodelijken afloop. Deze epidemie leidde den Utrechtschen hoogleeraar Eykman, die toenmaals de beri-beri op Java bestudeerde, tot de ontdekking dat de ziekte het meest die volken teisterde, die witte of glansrijst, dus rijst ontdaan van het bruinachtig-roode zilvervlies, aten, en nooit voor kwam in die landen, waar de rijst met dit vlies werd genuttigd. Hij kwam tot het besluit, dat het zilvervlies een voorbehoedmiddel tegen de beri-beri moest bevatten en dat deze ziekte geenszins door microben werd veroorzaakt, zooals algemeen werd aangenomen. In Europa, waar men een gemengd diëet volgt, is de beri-beri nooit epidemisch voorgekomen, maar kwam zij bij een al te eenzijdig diëet (o.a. tijdens het beleg van Parijs en in gestichten) ook wel dege lijk voor. Zij begint meestal 6 of 7 weken na den aanvang van een eenzijdig diëet (b.v. van meelspijs en rijst) met een afkeer van spijzen en een gevoel van zwakte in de beenen; de knieën beginnen te beven en de zieke struikelt vaak. Hij klaagt over jeuken der beenen en stram heid in de voeten en kuiten, die zeer gevoelig zijn voor drukking. Het gezichtsvermogen vermindert, vooral des avonds, en bij de minste inspanning lijdt hij aan hartkloppingen en zwelling der beenen. In dit stadim verdwijnen de symptomen door verandering van diëet en het gebruik van vruchten en groenten zeer spoedig en neemt men binnen weinige dagen groote verbetering waar. Verandert men het diëet echter niet, dan leidt de ziekte tot ver magering of tot waterzucht. In 't eerste geval .ontstaat verlamming der beenspieren en vervolgens van de arm-, romp- en nekspieren. Deze vorm kan jaren duren, voordat de ademhalingsorganen of het hart getroffen worden. Bij waterzucht verloopt de ziekte veel snel ler; dan openbaart zich eerst verzwakking der hartswerking, gepaard 780

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 18