Uit de Practijk. [Aug 1915. aard der zaak minder hiervan op de hoogte zijn. Bij zoo'n commissie is het gewoonlijk de schermonderwijzer (dikwijls een Amb. oflnl. O. O.) die het examen leidt en het in zijn hand heeft de vragen moeilijker of gemakkelijker te stellen, waarbij sympathieën en antipathieën dik wijls van invloed zijn. Voor elk examen moeten 2 officieren (onderluitenants) en 3 mees ters in commissie benoemd worden. Waar meerdere korpsen in een garnizoen gelegen zijn, zouden deze officieren benoemd moeten worden uit de officieren belast met de opleiding van gymnastiek en schermenwaar slechts één korps aanwezig is, moet deze officier bijgestaan worden door een ander, die evenwel ambitie moet hebben in de schermsport. Dus per garnizoen één commissie, terwijl liefst steeds dezelfde leden in commissie benoemd moeten worden De nu geslaagde meesters en prevöts zouden dan met recht op hun titel aanspraak kunnen maken. De officieren onder ad, 1 en 2 bedoeld, hebben, zooals duidelijk is, een drukken werkkring. Om hieraan tegemoet te komen zouden zij van enkele garnizoens-en korpsdiensten vrijgesteld kunnen worden. Nu zal men mij echter toewerpen„En het gebrek aan officieren dan Dat is een groot bezwaar, waarin echter voorzien kan worden door de Adj. O. O. en sergt maj. instructeurs mee te laten rouleeren in weekdiensten en korpsonderzoeken. In plaats van hen den sergt. maj. adm. in de administratie be hulpzaam te doen zijn (wat in de practijk toch zeer moeilijk zal blijken- de naam administrateur en instructeur wijst immers reeds op het groote verschil in werkkring—) zou het dunkt me beter zijn hen te beschouwen als d. d. officieren. Hierdoor zouden de sergt. maj. instructeurs ook aan prestige winnen tegenover de sergeanten, daar zij uit den aard hunner werkkring, nu feitelijk beschouwd worden als beter gesalarieerde sergeanten. Echter doet dit weinig ter zake. Het is noodig de scherm- en gymnastiekopleiding van het kader en van de manschappen te verbeteren. L. 825

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 75