Van Alles Wat. Aug. 1915. J 46 (oud §27) Rangen van de bataljons comman danten. Het aantal bataljonscommandanten, zoomede het aantal hunner, dat luitenant-kolonel kan zijn, is met 1 vermeerderd. G. De Cavalerie. 51 (oud 63) Wapen der Cavalerie. De Korpsschool is niet meer vermeld. H. De Artillerie. Voor de Artillerie is thans een eind gekomen aan den bij het Kon. besluit van 26 Januari 1904 No. 8 (Indisch Staatsblad No. 126) in het leven geroepen toestand, dat de Gouverneur-Generaal de bevoegdheid heeft om bij wijze van tijdelijken maatregel, binnen de grenzen der begrooting, af te wijken van de voor het Wapen der Artillerie geldende formatie. Gelijktijdig met de inwerkingtreding van de nieuwe legerformatie is bedoeld Kon. besluit ingetrokken en zal derhalve de door den Gouverneur-Generaal vastgestelde tijdelijke formatiestaat van het Wapen der Artillerie moeten vervallen en vervangen worden door een door die autoriteit vast te stellen indee- lings- en emplacementstaat, zooals ook reeds voor de andere Wapens en Dienstvakken bestaan. De nieuwe normale formatie van de Artillerie is gebaseerd op den bij Gouv. besluit van 23 Juli 1913 No. 67 vastgestelden en sedert eenige malen gewijzigden tijdelijken formatiestaat, behoudens de volgende verschillen: De staftrompetter heeft den rang van opperwachtmeester; voor de trompetters bestaat gelegenheid om den rang van korporaal en van wachtmeester te verkrijgen (een en ander was reeds bij wijze van tijdelijken maatregel ingevoerd). 80. Artillerie-Constructiewinkel. Het personeel is uitgebreid met: 1 eerste of tweede luitenant, onderconstructeur en 6 artillerie werklieden. (smeden.) Tevens is eene nieuwe rangsverdeeling voor de artillerie-werk lieden vastgesteld, welke—naast eene vermeerdering van het aantal adjudant-onderofficieren met 2—de gelegenheid opent om de be vordering tot en met sergeant op periodieke tijdstippen te doen plaats vinden. §81. Pyrotechnische Werkplaats. Het personeel is uitgebreid met 1 werkbaas, burgerlijk beambte (was reeds als tijdelijke legeruitbreiding toegestaan); voorts is de gelegenheid geopend om den adjudant-onderofficier-opziener tot onderluitenant en 1 sergeant majoor-onderopziener tot adjudant-onderofficier te kunnen bevor deren. 832

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 82