Sept. 1915.] Betoog tegen: „de vijftien karabijnen." Om den draad weer op te vatten het uitzenden van 6 of 7 man op een bericht acht ik niet alleen fout, maar onverantwoordelijk. Het is toch bekend genoeg, dat zelfs de z.g. geheel betrouwbare berichtgevers ons wel eens in eene hinderlaag lokten. Als er 2 goede berichten binnenkomen en er zijn maar 2 brigades in het bivak, dan behoort 1 brig, op het eene bericht en zoo moge lijk na terugkomst dezer brigade de andere op het tweede bericht te worden uitgezonden. En is dat niet mogelijk, dan wordt het minst belangrijk bericht maar „opbewaard." Dat dit dan niet afgewerkt kan worden, is niet de schuld van het V.V.I., maar de schuld van dengene, die niet heeft gezorgd dat er op den juisten tijd en de juiste plaats voldoende troepen beschik baar zijn. Verder ben ik het volstrekt niet met A. eens, dat eene brigade eene zoo groote eenheid is dat men daarmede geen overvalling kan doen. Is men zoo dicht bij de te overvallen tegenpartij, dat alle gerucht vermeden moet worden, dan laat men halt houden, legt de ransels af en laat den trein, behalve den dwangarbeider met den verbandtrommel, achter onder dekking van 2 of 3 karabijnen en sluipt met de rest naar de schuilplaats, die men zooveel mogelijk omsingelt. Dat kan zeer goed geruischloos geschieden zelfs met 3 of 4 brigades. Maar is men slechts één brigade van 15 karabijnen sterk, dan doet men het dus met 12 man. Dat is dan eene handeling op patrouille en dat heeft niets te maken met A's betoog. Het kan zelfs wenschelijk zijn, dat de overvalling slechts door 3 man wordt uitgevoerd, daar is volstrekt geen bezwaar tegen en daar verzet 337 zich ook niet tegen—mits de rest der patrouille voldoende dichtbij is om dadelijk bij de hand te zijn en het is dan ook gebruikelijk, dat die rest, zoodra de eerste schoten zijn gevallen en stilte dus niet meer noodig is, oogenblikkelijk toesnelt en deel neemt aan gevecht of vervolging. Om deze reden is het dan ook wenschelijk om de geheele patrouille zoo dicht mogelijk bij de te overvallen schuilplaats te brengen. Zoolang er gemarcheerd wordt, moet de eisch van „de 15" ge handhaafd blijven. Zoodra er wordt gepatrouilleerd en er dus geen kans meer bestaat op in eene hinderlaag loopen want die worden 900

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 24