Eene eenvoudige opheldering [Sept. 1915. denkingen wordt de Esk. Cmdt. echter gestoord door een ordonnans van patr. Q., die hem 't mondelinge bericht brengt, dat patr. Q. voor vijandelijke cavalerie naar het zuiden is uitgeweken. Van patr. P. hoorde de Esk. Comdt. nog niets, waarschijnlijk is daar alles nog veilig. Hij weet heel goed, dat part. Q tijdelijk van den marschweg is afgeweken, en ergens loert of er nog meer op den weg voorbij komt en indien hier achter niets meer mocht volgen, dat dan patr. Q. weer naar den weg buigt en zich te F. zal opstellen. Doch intusschen niet stilgezeten! Zacht fluiten, een teeken, het gros te paard en een oogenblik later is het in den Z. rand van kampong K. Voor vertrek naar kampong K. werd echter een ordon nans gestuurd naar patr. P. met het schriftelijk bericht: „zuid patrouille meldde aanwezigheid van vijand op zuidweg even voor F.; het gros gaat tijdelijk naar kampong K. Stel U als staande patrouille op bij E." (fig II). Na eenigen tijd ziet de Esk. Ct. werkelijk van uit den kampongrand cavalerie marcheeren. een spits, en daarachter 2 pelotons cavalerie bijna tegelijkertijd komt uit kampong L. een vijandelijke cav. patr. Hij geeft enkele aanwijzingen, laat de sabel trekken en wacht de patrouille achter een dichte pagger op. Het duurt niet lang of de patrouille wordt uit elkaar geslagen. De aanwezigheid van het gros is ontdekt. Echter denkt hij er niet aan weg te gaan! De twee pelotons op den weg leveren nog geen direct gevaar op. Wel ziet hij vijandelijke cav. patr. trachten hem te omvatten, maar eerst als hij een oogenblik later een Inf. patr. van N. naar L. ziet over steken, weet hij voorloopig genoeg en gaat met het gros in galop naar kampong M. Een ordonnans wordt gezonden naar patr. P. te E. met schriftelijk bericht: „Op Z. weg vijand: Inf Cav., gros heeft zich verplaatst naar kampong M. Kampong M. ligt buiten de doorzoekingsstrook van de vijandelijke colonne. De Esk. Cmdt. is zeer verheugd, want den kop van de colonne heeft hij te pakken, en dien laat hij niet meer los, en van zijn half-Eskadron zijn slechts twee patrouilles uit, waarvan één geheel in zijn hand. Gelukkig dat patr. Q. naar het zuiden is uitgeweken, denkt hij, wellicht heeft wachtmeester Q. ook succes en, kunnen 905

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 29