Sept. 1915 J Over de Artillerie Inrichtingen en het materieel. in de verste verte zekerheid bestaat, dat die personen voor de hun opgedragen taak de noodige kennis bezitten. Het is mogelijk dat de zg. technische opleiding aan de Kon. Mil. Academie (deel 1 materialen—van het leerboek der Artillerie voor de Cadetten van dat wapen) in vroeger tijden, toen voorlaad geschut op houten blokken opgesteld werd, voldoende was om officieren te vormen, die eenig idee hadden van het aan hun zorg toevertrouwde materieel. Thans is die opleiding, die ondanks het rusteloos voortschrijden der techniek zoo goed als geen verbete ring heeft ondergaan, niet alleen geheel onvoldoende, maar zelfs als er geen verdere technische studie aan wordt verbonden, geheel overbodig. Wij leerden wel op de K. M. A. het hoogoven proces, dat zelfs het onderwerp van een vaste examen- of repetitievraag uitmaakte, maar kennis van de vervaardiging van artillerie-materieel en bovenal van het onderhoud werd ons slechts als bijzaak bijge bracht. Waar evenwel in de naaste toekomst, gezien het verslag van de Mil. Onderwijs Commissie, wel niet te verwachten is, dat de technische opleiding van de artilleristen aan de K. M. A. zal wor den verbeterd, is het n m. m. van het meeste belang, dat ten spoe digste aan de Artillerie Inrichtingen de noodige cursussen voor officieren en mindere militairen worden geopend en wel wapencur sussen voor alle officieren en cursussen voor officieren der Vest. Artder Ber. Art. en der Mitr. Afd. ten behoeve van het goede onderhoud van het materieel. Wil men e n voorbeeld hoe deze kwestie in Nederland is geregeld, men sla het Ree. Mil. van 1914 blz. 415 eens op, waar beschreven is welke werkzaamheden door de Artillerie Inrichtingen kunnen worden vtrricht. Wanneer op die manier de officieren voor hun taak in verband met het materieel worden opgeleid, dan zal door deze meerdere kennis zeer zeker de wijze, waarop het materieel wordt gebruikt, verbeteren, maar bovendien zal ook het onderhoud met meer zorg plaats hebben. Dan zal het waarschijnlijk niet meer voorkomen, dat de sluitstukken van kanonnen niet meer gesloten kunnen wor den door de dikke verflaag, die onder de sluitstuk dekplaat is 1) Men vergelijke eens de opleiding voor Mag. meester in Nederland en hier in Indië. 880 9

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 4