'Overzicht van eeniqe Buitenlandsche Tijdschriften. [Sept. 1915. Een volgend artikel verschaft verschillende gegevens over nieuw Engelsch geschut n.l. de 114 mM. veldhouwitser en het 75 m M. berggeschut. Van dit laatste wordt gezegd: „Die verschiedenartige Munition, anscheinend auch das Fehien einer Seitenrichtmaschine, halten das Geschütz nicht auf der Höhe eines modernen Gebirgs- geschützes". Tot slot een artikel over Erbeutetes Kriegsmaterial, waarin tene beschrijving wordt gegeven van de Russische 15 c.M. Hw, welke door Schneider werd vervaardigd. Ónder de Mitteiiungen vinden wij het volgende: Bij het Duitsche leger zijn een aantal kinofotografen ingedeeld, die opnamen doen in het belang van de geschiedschrijving. In plaats van benzine wordt meer en meer aethylalcohol in mo toren gebruikt. Deze stof wordt uit hout afval gestookt Een f briek in St. Marcel (Frankrijk) verkreeg dagelijks 108i0 L, terwijl de pro ductiekosten 11 Pf. per L. bedroegen. In den slag aan de Marne verschoten enkele Engelsche b tt rijen 600-10 .0 projectielen per dag; op 23 October verschoot een 6 stuk ken batterij in de gevechten bij Nieuwpoort en Ostende 1800 pro jectielen, dus 300 per stuk De Amerikaansche kustartillerie telt 745 officieren en 17200 man en wordt nog veel te zwak geacht. De chef der Kustart wenscht 856 officieren en 24489 man. Er zijn in Amerika zelf 145 cornp.". op de Filippijnen 11, op Hawai 8, aan het Panamakanaal 6 (Van de Amerikaansche kustversterking zegt Sydenham Clarke in zijn boek Fortification o.a. „Amerika heeft me r dan 5.50 0 )0 be steed voor de versterking van de bijna niet aan te vallen haven van San Francisco. Het heeft daardoor een maatstaf van versterken geschapen, die alleen voor een zeer rijk volk te bereiken is en in dien bereikt niets bijdraagt tot de veiligheid des landsM a.w. Amerika doet te veel. Men zij dus voorzichtig met het navolgen van Amerikaansche voorbeelden, voor onze vlootbasis. I.) Artilleristische Monatshefte Juni. Allereerst een levendig verhaal van den commandant eener af- deeling rijdende artillerie, den Major A. Seeger, getiteid: „Unsere Feuertaufe". Het is de beschrijving van het eerste gevecht, dat de afdeeling in dezen oorlog voerde, en zoovele interessante details bevattende, dat de lezing vooral aan artilleristen ten zeerste uordt aanbevolen. Wij meenen zelfs, dat het zijn nut zou opleveren, indien het werd vertaald en met kader en manschappen werd behandeld. Marsyas (B. Schmidt-Reder) geeft enkele moderne beschouwingen over Panzerbefestigungen". De oorlog heeft aangetoond, „dass man grundsatzlich keine Geschütze mehr in Forts aufstellen darf". „Wenn man sich die Bilder des von unseren schwersten Mör- sern beschossenen Forts Loncin bei Lüttich mit den zerschossenen 965

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 91