Maatregelen tegen de verspreiding van pest. [Oct. 1915. „Het verdelgen van alle ratten door vergif, vallen, enz. is bij hun „groote vruchtbaarheid eene illusie gebleken. Daarom En nu verwacht men,-dat een anderaf doend middel tot verdelging zal volgen. Instede daarvan leest men echter: „Daarom moet wor gden getracht het contact tusschen mensch en rat tot een minimum „te beperken". Ook thans kent men nog geen middel om de ratten uit te roeien, en per slot van rekening stelt deze A. O. dus ook weer niet de rattenverdelging, maar de vermindering van de aanraking tusschen mensch en rat op den voorgrond. Maar wat beteekent dan het slotgeedelte van punt 5? Nadat in het algemeen op bldz. 1 de methode is aangegeven, hoe men het contact tusschen mensch en rat kan beperken, worden op bldz. 2 eenige maatregelen in 't bijzonder omschreven; die sub 1 en 2 zal ieder begrijpen. Dan volgen:; pant 3. „De wandluizenplaag moet met kracht worden bestreden". punt 4. „Hoofd en [kleeren moeten van parasieten en de eieren „daarvan worden gezuiverd". „Dat heeft toch niets met contact van mensch en rat te maken" zegt hier de [lezer. Zonder de nadere verklaring, die in de pest- circulaire van 1913 was te vinden, is de bedoeling dezer maatre gelen niet te begrijpen. punt 5. „Worden doode of zieke ratten in een gebouw of in de „nabijheid aangetroffen, dan worden zij niet anders dan met een „ijzeren tang van minstens 0,5 Meter aangevat, in een blik met „petroleum gedompeld en ter onderzoek aan de zorg van den ge neeskundigen dienst overgedragen. „Men zij gedachtig aan het feit, dat rattenpest de menschenpest „voorafgaat en verscherpe i.e. zoo noodig de maatregelen in het „algemeen voor rattenverdelging aangegeven". Is dit inderdaad de bedoeling? Moeten telkens als er doode of zieke ratten op de bedoelde plaatsen zijn aangetroffen, de maatregelen voor rattenverdelging worden verscherpt? Of bedoelt menpesfratten? „Zoonoodig verscherpe men i.e." (d.w.z. als een doode of zieke rat is gevonden) „de maatregelen in het algemeen voor rattenver delging aangegeven". 1029

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 63