Overzicht van eenige Buitenlandsche Tijdschriften. [Nov. 1915. Een verder volgend artikel behandelt beschouwingen van een Engelsch admiraal over den zeeoorlog en de eischen aan oorlogs schepen te stellen. Verschillende kalibers aan artillerie, geen vermindering aan aan- valskracht (art.) ter wille van defensieve doeleinden (pantsering), de strij'd moet op beslissenden gevechtsafstand gevoerd worden, de beteekenis van nieuwere vindingen (torpedo's, rammen reuzenkanonnen) wordt overschat. Een kort opstel geeft een beschrijving van de waterverzorging van de vesting Antwerpen. Op bladzijde 296 een artikel over „Vrijwilligerskorpsen in oor logstijd" waarin we lezen, dat in Zwitserland bepaald is, dat de niet-dienstplichtige Zwitser in oorlogstijd zich ter beschikking van de verdediging moet stellen; de opperbevelhebber vervoegt over deze lieden, welke in het Legerverband worden opgenomen; dat ergo van vrijwilligers, die zekere eischen kunnen stellen, geen sprake is. Door deze regeling, waarbij dus alle weerbare Zwitsers in het Legerverband worden opgenomen, wordt de mogelijkheid tot onge oorloofd franctireurwezen met zijne consequentie weerzinwekkende repressaiiles voorkomen en tevens ook belet, dat de vijand sommige troepen niet als tot het Leger behoorende erkent (garde civique in België). Om dit laatste te voorkomen is het zaak reeds in vredes tijd ter zake alles te regelen, bij ons verdient zulks bijv. voor de Gewapende Politie en de Barisan alle aanbeveling (Y). Ten slotte valt nog te vermelden een vervolgartikel van Hanika over den Balkanoorlog, waarin hij den strijd om de Cataldza-positie behandelt en een artikel over postduiven. In het artikel van Hanika doet deze schrijver uitkomen de nood zakelijkheid voor de Bulgaren om snel „a la von Sauer" te hande len. De Bulgaren waren in moeilijke omstandigheden, die er, naar mate getalmd werd, niet op zouden verbeteren; de Turken kwamen er met eiken dag tijdwinst beter voor te staan. Hanika gispt echter de versnippering der Bulgaarsche krachten, het niet voldoende bepalen van een ruimte, waarin de beslissing gezocht zou worden, dit werd overgelaten aan het toeval, n.l. er zou bij het overal krachtig aangrijpen wel blijken, waar het zwakke punt was. Blijkbaar volgden de Bulgaren meer den Langloischen regel; „Engagez-vous partout et puis l'on voit", doch hadden, toen zij „zagen", geen voldoende reserves bij de hand om toe te tasten (Y). De schrijver kan zich ook niet met het gebruik der Bulgaarsche artillerie vereenigen, ook hier geen groote leidende gedachte. De artillerie had in opdracht die des tegenstanders neer te strijden, hetgeen natuurlijk ganschelijk mislukte, daar deze niet te vinden was. Hanika uit naar aanleiding daarvan den volgenden wensch: 1149 I. M. T. 1915 74.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 101