De Verdediging van Indië. [Nov. 1915. voor hetgeen hij duidelijk laat zien. En dan toont deze oorlog toch wel een legio aantal voorbeelden van de onjuistheid van de „fleet-in-being" theorie. Men denke aan den overvoer van Britsche troepen over het Kanaal, niettegenstaande de nabijheid van de Duitsche vloot, die ruim voorzien is van onderzeeërs, een wapen, waarvan verwacht had kunnen worden, dat het de „fleet-in-being" theorie tot steun zou zijn geweest, in de betrekkelijk geringe breedte van het Kanaal kan de verklaring gezocht worden, waarom de Britsche transporten zoo ongestoord konden plaats hebben—hoewel, in September 1914 was de hulpbasis der Britten verlegd naar St. Nazaire, de zeereis werd toen, hoewel langer, toch ook ongestoord volbracht. Veel frappanter is wel de ongestoorde overvoer in de eerste weken van den oorlog van het 19e Fransche korps en van zoovele andere troepen van Afrika's Noordkust naar Fransche Middellandsche zeehavens. In vredestijd was al lang bekend, dat die overvoer zou moeten plaats hebben, ook ongeveer wanneer; toch heeft de Oostenrijksche vloot, die een goeden naam heeft, daartegen niets gedaan, zoodat die troepen op tijd op de slagvelden in Frankrijk konden verschijnen. Die 50, 60 duizend man zouden aan Fransche zijde in die dagen, met name aan de Marne, smartelijk zijn gemist. Het object zou dus voor de vijandelijke vloot wel eenige opofferingen waard zijn geweesten het was op zichzelf groot genoeg, want voor den overvoer van eene dergelijke troepenmacht, zelfs ai geschiedt dit in échelons, zijn vele schepen noodig. Toch had de overvoer ongestoord plaats. Waar blijft nu de „fleet-in-being" theorie? Hierbij komt nog dit. In latere fasen van den oorlog is de Mid dellandsche Zee herhaaldelijk voor troepentransporten in allerlei richtingen gebezigd; toen echter was de Oostenrijksche vloot vrijwel opgesloten in de Adriatische zee. In de eerste weken van den oorlog was dit niet het geval. De Fransche vloot schijnt in de eerste plaats voor het convoyeeren van de transporten gebezigd te zijn, voor directe bescherming dus De Oostenrijkers waren dus in dien tijd vrij de Straat van Otranto uit te gaan. Zij hebben dat niet gedaan. 1) De Fransche vloot is anders samengesteld dan de meeste andere groote vloten. Zou daarvoor eene verklaring mogen worden gezocht in de wijze, waarop zij hare allereerste taak in den huidigen oorlog heeft volbracht? 1063

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 13