Nov. 1915.] De Militie-Voorstellen. 250 (135 miliciens-|-20 vrijwilligers) 95 Europeanen (vrijwilligers en (of) miliciens). 250 (90 -1- 20 140 Menadoneezen (vrijwilligers en (of) miliciens). 500—(180 -|- 40 280 Inlanders (vrijwilligers en (of) miliciens). De lichting vormt dus hoogstens slechts een klein deel van de oorlogssterkte der 4 Batons., in verband waarmede niet duidelijk is, de reden om voor die 4 Batons.niet het gemengde Cies verband in te voeren; immers dit gemengde verband is gewenscht of het is het niet, in elk geval zij men consequent in een dergelijk systeem. Toe te juichen is het voorstel om de Vesting-Art., de Wielrij ders, de Mitrailleurs, de Trein en het Korps Ziekendragers door de militie op sterkte te brengen, waardoor we eindelijk van de dwangar beidershulp verlost zullen worden. Toch over den Trein sprekende, zij gewezen op het gewicht van militaire chauffeurs, welke al zeer gemakkelijk te verkrijgen zijn door burgerchauffeurs dienstplichtig te verklaren, trouwens er zijn meerdere categorieën van Inlanders, welke reeds nu dienstplich tig te maken waren, zooals smeden, bankwerkers, werklieden van technische inrichtingen en autoreparatieateliers, rijwielherstellers, bakkers, slagers, schoen- en kleermakers, zadel- en wagenmakers, spoorwegarbeiders, timmerlieden, personeel van post-, telegraaf- en telefoondienst, dus met andere woorden al die lieden, die in oorlogstijd een in of voor het leger te pas komend handwerk gron dig verstaan, hetgeen gerust ook als een bewijs van een zekere (vak) ontwikkeling mag worden aangemerkt. Indien opkomst voor oefening van deze lieden weer te veel kosten zou veroorzaken, dan zou desnoods voorloopig met het vastleggen van den ongewapenden dienstplicht in oorlogstijd vol staan kunnen worden. Intusschen zou natuurlijk een oefentijd, waarin er „soldaten" van gemaakt worden, verre te verkiezen zijn. Verwonderd heeft het ons eenigszins, dat in de voorstellen niet over de Nederlandsch-Chineesche bevolking gerept wordt. Is zulks wellicht nagelaten in verband met een mogelijken krijg met het Mandarijnenland? Ook onder die Chineezen zijn vele goed bruik bare elementen, vooral wat intellectueele ontwikkeling—waaraan de voorstellen zooveel waarde schijnen te hechten— betreft. Wij wijzen 1082

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 32