Nov. 1915.] Overzicht van eenige Buitenlandsche Tijdschriften.
(Zie onder No. 121 op blz. 954 hier voor). In No. '57/158 en
No. 159 nog een vervolg en het slot. Wij kunnen de lezing ten
zeerste aanbevelen, want het opstel bevat levendige beschrijvingen
van verschillende detailgevechten, die in vele opzichten aanleiding
tot overdenking geven vooral aan degenen, die op de kaart en bij
oefeningen spoedig geneigd zijn iets voor onmogelijk te ver-
Klaren.
No. 157/158 bevat weer eens een van die stukjes, zooals wij ze
reeds eerder, waarschijnlijk alle van de hand van Gen. Körner in
het M. W. aantroffen en waar dit blad later wellicht spijt van zal
hebben. Het zijn zoogenaamd artikelen verschenen in het Perzische
blad Chavar en voor het M. W. vertaald. Na reeds eenige daarvan
te hebben moeten lezen, zijn wij geneigd te onderstellen, dat de
artikelen door Duitsche agenten in het Perzische blad worden
geplaatst. Het zijn alle in denzelfden toon gezette oproepingen
aan het Perzische volk om zich bij de Duitsch-Oostenrijksch-Turksche
weldoeners der menschheid te voegen in den strijd tegen de Engelsch-
Fransch-Russische barbaren. Dat Duitschland op dergelijke wijze
agenten laat werken, is begrijpelijk; dat doen alle landen. En dat
de toon van_ zulke opstellen wat minder fijn is, kan aan het
beschavingspeil van de Perzen worden geweten, maar dat een
militair vaktijdschrift ze meermalen opneemt om daarmede de
stemming van het Perzische volk te schilderen
Journal of the Royal United Service Institution Augustus.
Dit bij de 300 bladzijden tellende boek, kwartaaluitgave van de
vereeniging, die in sommige opzichten kan worden vergeleken met
onze I. K V. en met de Ned. Vereeniging t.b.v.d. Krijgswetenschap,
doch in werkelijkheid veel meer op haar program heeft staan, geeft
begrijpelijkerwijze ditmaal geen verslagen van wetenschappelijke
voordrachten. En waar de redactie blijkbaar haar tijdschrift ge
sloten houdt voor al wat eigenlijk in de dagbladpers thuis hoort
ondervond de overige inhoud ook wel den invloed van den oorlog'.
Hoewel de Engelschen graag uit hunne krijgsgeschiedenis putten
en men ook vóór den oorlog, toen het Journal nog een maand
uitgave was, in bijna elk nummer een geschiedkundig opstel kon
aantreffen, in deze Augustus-aflevering vindt men niet minder dan
negen dergelijke artikelen. Een tiende is eene verzameling van raad
gevingen aan hen die een korpsgeschiedenis willen schrijven (Naar
wij meenen, bestaat bij ons geen enkele korpsgeschiedenis, behalve
die van de Genietroepen. Toch zijn er verscheidene korpsen,
waarvan de geschiedenis alleszins waard is te worden gepub
liceerd).
Van de andere opstellen vermelden we de volgende:
Power traction in war, eene populaire verhandeling over het nut
van auto's in den oorlog.
1146