De merüing op Timor.
In den laatsten tijd is er, vooral in Beloe en op het eiland
Adonara, een zeer besliste opleving en bevordering der werving
te] constateeren en het is bekend, dat over dit voor ons leger be
langrijke onderwerp druk gecorrespondeerd en menigvuldig gerap
porteerd is.
Niet lang geleden zijn in dit tijdschrift enkele artikelen over de
werving op Timor verschenen en de slotsom daarvan luidde niet
ongunstig voor den Timorees en diens toekomstige rol als soldaat.
In verband nu tot hetgeen de praktijk der werving in de jongste
maanden leerde, volgen hier eenige opmerkingen.
In vorige artikeltjes heb ik mij een warm voorstander van de
werving op Timor, of beter, verschillende gedeelten van Timor ge
toond. In die gedeelten heb ik het volk leeren kennen, dit in
verband gebracht met het soldatesk resultaat, dat zelfstandige
afdeelingen Timoreesche soldaten tegen een niet minderwaardigen
I. V. (Celebes) hebben bereikt—resultaat, dat door collega's, die
hen daar aangevoerd hadden, als zeer goed werd beoordeeld—en
toen gemeend te moeten betoogen, dat de werving op Timor op
uitgebreider en intensiever wijze diende te worden doorgezet.
Thans kunnen hier reeds enkele cijfers worden gegeven, maar
eveneens kunnen thans reeds enkele feiten worden genoemd, die
1) Waar een collega, die eveneens voor dit tijdschrift over dit onder
werp een artikel wilde schrijven, aan het legerbestuur verzocht om voor
dat doel inzage van de archiefstukken over dit vraagstuk te mogen
hebben en dit verzoek geweigerd is, heeft schrijver dezes gemeend een
tweede poging in die richting te moeten nalaten. Mochten daarom
verkeerde gegevens als basis voor dit artikel zijn gebezigd, dan is dit
veroorzaakt door de omstandigheid, dat de weg tot het verkrijgen van de
juiste gegevens afgesloten was.
1107