Van Alles Wat.
Nov. 1915.]
Benoodigde
scheepsruimte
TROEPENDEELEN.
Aantal officieren, minderen
Bruto.
Netto.
en paarden.
3142
1948
2 bataljons infanterie.
ongeveer 1000 man (1).
2770
2203
6 compagnieën infanterie.
44 officieren en 763 man.
3657
2630
3142
2267
1631
j 1948
Div. Staf, Brig. Staf, Reg,
Staf en 6 comp. infanterie.
800 officieren en manschap
pen en 27 paarden (1).
4 bataljons infanterie.
ongeveer 2000 man (1).
3706
2298
2 bataljons infanterie.
57 officieren en 1021 man.
2561
1587
Reg. Staf en 6 comp. inf.
41 officieren en 768 man.
3658
2267
Brig. Staf, Reg. Staf en 2 batal
jons infanterie.
1053 officieren en manschap
pen
2895
2895
1795
1795
Reg. Staf en 2 esk. cav.
Reg. Staf en 1 afdeeling Veld.-
Art.
175 officieren en manschap
pen en 171 paarden (1).
26 officieren, 264 manschap
pen en 200 paarden (1).
3706
2447
2298
1 1517
Reg. Staf, 11 compagnieën
infanterie en 1 batterij Veld-
Art.
1700 officieren en manschap
pen en 31 paarden (1).
Hieruit volgt, dat voor vervoer over een kort traject de zeereis
duurde toch tusschen de 4 en 6 dagen per man gerekend werd
op eene ruimte tusschen 3.5 (maximum) en 2.9 (minimum), berekend
over de bruto tonnenmaat of respectievelijk 2.7 en 1.8 ton volgens
de netto tonnenmaat (2).
1) De reden van de geringe sterkte der troepeneenheden was, dat de
eerstejaarsmanschappen, wier eerste oefeningsperiode nog niet was afge-
loopen, tot na beëindiging daarvan in Japan achterbleven, en dat dus
alleen de oudste lichting overgevoerd werd. Na afloop van de eerste
oefeningsperiode zijn de eerstejaarsmanschappen nagezonden
2) Het transportschip, waarmede een divisiestaf vervoerd werd, is buiten
rekening gelaten, aangezien de hierop beschikbare ruimte (4.5 ton bruto),
de overige getallen aanmerkelijk ontloopt.
1130