Dec. 1915.] Overzicht van eenige Buitenlandsche Tijdschriften.
Dec. Onder „Deutschland" een opstel over „Unsere Marine-Waf-
fen". Scheepskanonnen behooren daar blijkbaar niet meer toe, want de
schrijver heeft het slechts over mijnen, torpedo's en onderzeebooten.
De Hochseeflotte is blijkbaar afgeschreven.
Over de onderzeers de volgende aanhaling:
„Zwar ist die Geschwindigkeit über Wasser im Laufe der Letz-
ten Jahre sehr gesteigert worden, doch können die Boote, wenn
sie ganz untertauchen, verhaltnismaszig nur eine geringe Fahrt ent-
wickeln; die Gefahr, von einem flinkeren Gegner in den Grund
gebohrt zu werden, ist daher stets eine grosse".
Onder „Frankreich" vermelden we een artikel over de zwarte troe
pen en ond( r „Russland" het artikel „Die russischen Eisenbahnen",
waarin vermeld wordt, dat de grootere Russische spoorbreedte ab
soluut niet is gebezigd ten einde om strategische redenen af te wij
ken van de normale breedte, zooals algemeen gedacht wordt, doch
zuiver om redenen—ten rechte of ten onrechte (-ij-)—van technischen
aard.
Supplément 185 (Aug) bevat een zeer interessant artikel met vele
gegevens over het munitieverbruik in den Russisch-Japanschen oor
log. Dit verbruik is aan beide zijden enorm geweest en de aanvul
ling baarde vooral den Russen veel zorgen.
Na Moekden was een groot deel der vooraden van geheel Rus
land verbruikt; Japan had beter voorzorgen genomen.
Het artikel stemt tot ernstig nadenken, duidelijk zal den ev. lezer
in het oog springen de noodzakelijkheid om op Java vooreerst reus
achtige voorraden op te leggen en verder om opgroote sc/iaa/Infanterie-
en Artillerie-munitie op het eiland zelf te kunnen aanmaken en een
en ander te meer, waar onze artillerie over zoo weinig kanonnen
beschikt, hetgeen eenigszins goed te maken ware, door een zeer
ruime munitiedotatie en wat de Infanterie-munitie aangaat, omdat
de schietvaardigheid, vooral van onze Inlanders, op niet zeer hoogen
trap staat.
We vermelden verder een artikel over 2, 3 en 4-Iingstorens op
oorlogsschepen en een over de vorming van cavalerieaanvoerders,
waarin beschouwingen van von Bernhardi besproken worden.
186 bevat een vertaling van een reeds voren besproken artikel
over de Fransche vloot-manoeuvres en een opstel over den
Yaloe-overtocht in 1904.
187 wordt geheel ingenomen door een opstel getiteld:
„L'artillerie dans la guerre des Balkans" zijnde een (als naar ge
woonte in de Suppléments) op erbarmelijke wijze vertaald Duitsch
artikel over dit onderwerp uit de Viertelsjahreshefte.
De sobat2 stabelan turkie worden ondanks hunne open of half
gedekte opstellingen natuurlijk uiterst welwillend besproken. Overi-
1246