Boekaankondiging en -bespreking. [Dec. 1915.
Maar de Officiersvereeniging, die veel goeds zou kunnen tot stand
brengen, loopt nu de kans haar geld en een groot deel van hare
energie te verkwisten aan een doelloozen wedijver, doelloos, want
in de verkeerde richting, gericht tegen eene bevriende mogendheid.
Men vereenigt zich toch, opdat de collectieve meening meer
gewicht in de schaal Iegge dan die van den enkeling ooit kan doen.
Men vereenigt zich niet om individuëele meeningen te publiceeren,
waar hiertoe al gelegenheid te over bestaat. Wanneer de uitgave
van een Orgaan de werkkracht van die leden van het Hoofdbestuur
in beslag neemt, dan blijft er niet voldoende tijd over voor de
behartiging van het eigenlijke doel van de Vereeniging, als dat
Orgaan tevens is een gewoon tijdschrift, als de meerderheid van de
bijdragen niet onmiddelijk verband houdt met de onderwerpen, die
op het oogenblik de aandacht van het Hoofdbestuur hebben. Dit toch
kan onmogelijk het heele veld in eens beslaan, het moet geleidelijk aan
werken en slechts eenige onderwerpen tegelijk aanvatten.
De Officiersvereeniging wil niet alleen, wil zelfs niet in de eerste
plaats voor positieverbetering werken; zij zet de verbetering van
legertoestanden voorop terecht, onder de omstandigheden, waaruit
zij n. o. 111 geboren is. Nu is de groote fout op militair gebied
van ons Nederlanders: gebrek aan organiseerend talent. In hoeverre
eene Officiersvereeniging in dat gebrek zou kunnen voorzien, blijve
in het midden. In elk geval stemt het begin weinig hoopvol.
Eene dergelijke vereeniging heeft behoefte aan een Orgaan, waarin
naast mededeelingen van het Hoofdbestuur en afdeelings-verslagen
worden opgenomen doorwerkte verhandelingen over die punten,
waarop het Hoofdbestuur iu de naaste toekomst zijne activiteit wil
richten. Zoo'n verhandeling kan dan als leiddraad, als inleiding dienen
voor de beraadslagingen in de afdeelingen.
Dit is o i. de eenige manier om te zorgen, dat de energie zich niet
versnippert over de menigvuldigheid der onderwerpen en dat de enke
ling, op zijn stokpaardje gezeten, niet den boventoon tracht te voeren.
Evenals een Ministerie, ook een partij-ministerie, zich uit het pro
gramma datgene snijdt, wat het zich voorstelt in zijn regeerperiode tot
stand te brengen, evenzoo dient het Hoofdbestuur zich een programma
van actie op te stellen. Daarnaast blijft natuurlijk het recht van
initiatief bestaan en buitendien kunnen de afdeelingen zich al of
niet ingenomen verklaren met de plannen van het Hoofdbestuur.
Aan dat alles kleeft genoeg om de werkkracht van de heeren
meer dan te binden. Daarenboven een orgaan-tijdschrift uitgeven,
zal, vreezen wij, te veel blijken. En aangezien die uitgave geldelijke
verplichtingen met zich brengt, zal deze bijzaak ten koste van de
hoofdzaak de aandacht krijgen.
Waar wij van meening zijn, dat eene officiersvereeniging veel
goeds tot stand kan brengen, zouden wij het—afgezien van de
1273
