Dec. 1915.] Uit de Practijk. die drank volstrekt niet lekker, maar drinkt, omdat het hem opge drongen wordt, mede en dan nog wel waarschijnlijk 50 Gr. in één teug. Een van de nadeelige gevolgen van dien drank openbaart zich direct. Hij wordt sufferig en daarna slaperig. Moet die man op wacht trekken, dan valt hij, ook doordat hij erg vermoeid is, veel spoediger in slaap dan, als hij het vocht niet genomen had. Ware er dus dien nacht iets gebeurd en was de patrouille door den vijand verontrust, dan kon, al had er al niet een overval plaats gehad, de patrouille-commandant slechts beschikken over een gedeelte minderwaardige soldaten. Maar stel, dat na eenigen tijd de regen ophield, dat er ten slotte nog gelegenheid ware geweest om te kooken, dan is het gevolg van het jeneverdrinken, dat de man geen honger heeft, zijn eten laat staan en daardoor slap is en wederom minderwaardig. En voor deze minderwaardigheid is de patrouille-commandant voor een deel aansprakelijk. Het leerboek van J. C. Boon heb ik niet ter mijner beschikking, maar in den aangehaalden zin wordt in het algemeen gesproken en men moet niet verwarren, dat in Indië 2 soorten van soldaten zijn, te weten: Europeanen en Inlanders en wat voor de eene rubriek geldt, behoeft daarom nog niet voor de andere te gelden. Het doel van het schrijven van deze regelen was dus: ten eerste om te doen uitKomen, dat, al zijn er doctoren, die het met den schrijver eens zijn, er ook andere zijn, die het verstrekken van het ration jenever aan de Inlanders verkeerd vinden, en ten tweede om te trachten te voorkomen, dat de bepalingen gewijzigd worden. Batavia, 17 November 1915, Dr. A.J. Salm. Oiier de Scherpschullersproel. Onder bovengenoemden titel doet Alif in de Septemberaflevering van het I. M. T. met een voorbeeld uitkomen, hoeveel zuiverder ge schoten wordt, wanneer de schutter niet aan tijd gebonden is en concludeert daaruit de wenschelijkheid tot de oude schietmethode terug te keeren. Onbewust ontzenuwt Alif echter een van de be zwaren tegen de nieuwe methode, n. 1. dat deze het juiste richten verwaarloost; immers de juist-snelle-aanslagschutters bleken tevens goede juistheidsschutters te zijn. Trouwens, het is een flauw kunstje om bij kalm richten een be- trekklijk goed gericht schot af te geven. De oude methode beijver de zich, de juisheid zoo hoog mogelijk op te voeren, een prutserij, die op het gevechtsveld toch niet tot haar recht komt. Een derge- 1216

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 74