Eén en ander oner de toelating tot de kaderscholen. WK In een vorige beschouwing schreef ik enkele opmerkingen neer naar aanleiding van de scherm-kunslige eischen, welke men aan adspiranten voor de kaderscholen meende te moeten stellen. Afge scheiden van deze eischen wil ik toch ook in dit tijdschrift eens de aandacht op het volgende vestigen. Waar men de vroegere selectie der adspiranten door compagnies- en bataljonscommandanten om verschillende redenen niet langer wenschte, is ook de tegenwoordige regeling nog verre van volmaakt. Eén der grootste bezwaren bij de vroegere regeling was m.i. het feit, dat den verschillenden adspiranten al zeer ongelijken uiteenloopende voorwaarden tot toelating werden gesteld; de eene C. Cl. stelde zeer geringer, de andere zeer hooge eischen en zoodoende werd het geheel, öf een onderonsje óf een onwillekeurige bevoorrechting 6f, een laat-maar-waaien-systeem, met al de noodlottige gevolgen daarvan. Een serieus examen, met voor allen dezelfde eischen en kansen, is natuurlijk de eenige zuivere oplossing. Men moet niet uit het oog verliezen, dat, vooral onder de Europeanen en Amboineezen, de voordeelen van het kader-worden door vele militairen wel degelijk wordt ingezien en dat het voor hen dikwijls een levens kwestie is. Levenskwestie lijkt een groot en zwaar woord, maar zij, die met hun Europeesche en Amboineesche militairen meeleven en hen niet van een al te verwijderden afstand observeeren, zullen dit onderschrijven. Tusschen korporaal en een fuselier is dadelijk zoo'n gróót verschil laten wij, als 't mogelijk is, eens even in jeugdige herinnering onze eigen, eerste strepen gedenken. Wanneer dan ook ergens de uiterste billijkheid betracht dient te worden, is het wel bij het beslissen van de al of niet toelating tot de kaderscholen, hetgeen voor den minderen militair meer beteekent, dan menig officier bij vluchtige beschouwing vermeent. Een vorig maal wees ik reeds op het m.i. onbillijke in de eischen op schermkunstig gebied doch ook in andere opzichten wordt de goede billijkheid, de gelijkheid voor allen niet immer betracht. 1201

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1915 | | pagina 59