Jan. 1916.J Overzicht van eenige Buitenlandsche Tijdschriften.
„Es dürfte gegenwartig noch nicht allgemein bekannt sein-wie
man erwarten sollte-dass auf Grund von Laboratoriumversuchen
viele kleine Teile zusammen dem Wind viel mehr Angriffspunkte
bieten, als einige grosse; so setzt zB. der ganze grosse Riimpf
eines Ballons, dessen „hoffnungslose Plumpheit" einige unwissende
Leute immer wiederholen, der Fortbewegung nur ein Drittel jenes
Widerstandes entgegen, den die unvergleichlich kleiner aussehende
Gondel und Au/hdngung leisiet."
Onder „Patentangelegenheiten" wijzen we op de afbeelding van
een loopgraafploeg, welke voorzien isvooraan van een ploeg
schaar (a), die de halve breedte der loopgraaf en de grond naar
een zijde werpt; achter a een schaar b, welke deze aarde verder
zijwaarts werpt, doch overigens geen aarde uitgraaft, daarachter
een schaar (c) ingericht als adie de andere helft der breedte
uitgraaft en de aarde wegwerkt, daarachter ten slotte een inrichting
d, die aan de opgeworpen aardmassa het profiel der borstwering
geeft (dus voorziet van armsteunvlak enz.)
Militiir Wochenblatt No181—187.
In No184/85 vinden we vermeld, dat Parijsche bladen voor
gesteld zouden hebben een permanente commissie in te stellen,
bestaande uit gemachtigden der Geallieerden met volledige volmacht
tot regeling van alle zaken, den oorlog rakende (de politiek inbe
grepen) zeer zeker zou dit een goed middel zijn om het ook reeds
in dezen strijd aan den dag komend nadeel van den z g. bondge-
nootschappelijken oorlog—gemis aan eenheid, botsing van belangen,
tijdverlies door besprekingen te ondervangen, (ij)
De generaal von Blume bespreekt „Die Kriegslags auf dem
Balkan".
In No185/187 treffen we aan een Italiaansch betoog, dat Italië
volop aan zijn verplichtingen als Geallieerde voldoet en dat het
strategisch fout zou zijn het front aan de Oostenrijksche grens te
verzwakken, teneinde troepen naar de Balkan te zenden, hierdoor
zou ook voor Oostenrijk mogelijkheid ontstaan troepen van die
grens naar den Balkan te zenden.
Verder dat President Wilson zijn goedkeuring gehecht heeft
aan de plannen tot vlootversterking in de Vereenigde Staten, be
staande uit aanbouw van 10 Dreadnoughts, van 6 slagkruisers en
van een groot aantal onderzeeërs en torpedojagerskosten 500
Millioen Dollar.
De voorstellen tot legerreorganisatie houden in een staand leger
van 14C000 man, een „z.g. Kontinental Armee van 400C00 man (d.i.
een militie voor de eigen landsverdediging) en een Nationale garde
van 125CC0 man".
-ij-
112