Jan. 1916 J
Dagboek der Commissie tot aankoop van
Besloten werd de komst van den Hoofdagent der
J.C.J. lijn niet langer af te wachten, doch den consul-
generaal te verzoeken hem namens de commissie de
volgende voorstellen te doen:
le. Alle paarden tegelijk met een der groote booten
te verschepen.
2e. De vracht per paard Shanghai-Batavia op 75
te bepalen.
3e. Bij voorkeur de boot te zenden naar Tientsin
(Takoe) en alsdan 100 per paard als prijs vast
te stellen.
4e. Voor de inrichting der stallen etc. slechts de
zelfkosten te rekenen, waarvoor echter niet meer
dan 10 per paard betaald zou worden.
28 Mei 1915. Per spoor vertrokken naar Peking, via Nanking,
Tsinanfu en Tientsin.
Aankomst aldaar: (Zondag),
31 Opwachting gemaakt bij H. M.'s Gezant, waarbij
Z E meedeelde, dat hij in den heer Wihlfahrt,
den manager der Russo-Asiatic Bank te Peking, een
Oostenrijker van geboorte en door den oorlog thans
buiten zijn werkkring geplaatst, den persoon gevonden
had, die der commissie in alles van dienst kon zijn.
Deze heer, paardenliefhebber en kenner van de Mon-
goolsche pony, tevens groot jager en daardoor kenner
van het binnenlanden organisator van tochten aldaar,
met een 20-jatige ervaring van zakenman in Noord
China, had zich n.l. bereid verklaard de commissie
op haar tocht naar de landstreek van Dolonnor, een
300 K.M. N.O. van Kalgan, te vergezellen.
Tevens opwachting gemaakt bij onzen militairen
attaché, den Majoor van den Generalen Staf J. C.
Pabst, die toen te Peking vertoefde.
1 Juni 1915. Opwachting willen maken bij den Minister van
Oorlog in gezelschap van onzen militairen attaché,
doch aan het ministerie aangekomen, bleek door een
misverstand aan de zijde der Chineesche autoriteiten
het bezoek niet te kunnen doorgaan.
50